Einde inhoudsopgave
RvdW 2021/201
OM-cassatie. Vrijspraak medeplegen invoer van grote hoeveelheid cocaïne (art. 2 lid A Opiumwet), medeplegen voorbereiding van cocaïnetransport (art. 10a Opiumwet) en medeplegen vervoeren van cocaïne (art. 2 lid B Opiumwet) in 2007 o.g.v. bewijsuitsluiting. Processuele voorvraag. Nu cassatieberoep OM ex art. 433 lid 1 Sv niet aan verdachte in persoon is aangezegd, voert HR zaak van de rol.
HR 02-02-2021, ECLI:NL:HR:2021:161
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
2 februari 2021
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, E.S.G.N.A.I. van de Griend, M.J. Borgers
- Zaaknummer
19/04630
- Conclusie
A-G mr. E.J. Hofstee
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2024:803, Uitspraak, Hoge Raad, 04‑06‑2024
ECLI:NL:PHR:2024:455, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 23‑04‑2024
Beroepschrift, Hoge Raad, 12‑01‑2024
ECLI:NL:HR:2021:161, Uitspraak, Hoge Raad, 02‑02‑2021
ECLI:NL:PHR:2020:1007, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 03‑11‑2020
Essentie
OM-cassatie. Vrijspraak medeplegen invoer van grote hoeveelheid cocaïne (art. 2 lid A Opiumwet), medeplegen voorbereiding van cocaïnetransport (art. 10a Opiumwet) en medeplegen vervoeren van cocaïne (art. 2 lid B Opiumwet) in 2007 o.g.v. bewijsuitsluiting. Processuele voorvraag. Nu cassatieberoep OM ex art. 433 lid 1 Sv niet aan verdachte in persoon is aangezegd, voert HR zaak van de rol.
Partij(en)
ARREST op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof 's-Hertogenbosch van 23 april 2013, nummer 20/000225-10, in de strafzaak tegen [verdachte] , geboren te ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.