Einde inhoudsopgave
RvdW 2014/952
Ontvankelijkheid. Cassatieverzoekschrift niet ondertekend door advocaat bij de Hoge Raad, art. 426a lid 1 Rv.
HR 11-07-2014, ECLI:NL:HR:2014:1684
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
11 juli 2014
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, C.E. Drion, G. Snijders
- Zaaknummer
14/02595
- Conclusie
A-G mr. L. Timmerman
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:1684, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 11‑07‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:713, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑06‑2014
Essentie
Ontvankelijkheid. Cassatieverzoekschrift niet ondertekend door advocaat bij de Hoge Raad, art. 426a lid 1 Rv.
Partij(en)
[Verzoekster], verzoekster tot cassatie, adv.: mr. S.M. Singh.
Conclusie
Conclusie A-G mr. L. Timmerman:
Deze zaak leent zich voor een verkorte conclusie.1.
1.
De rechtbank Oost-Brabant heeft bij vonnis van 28 maart 2013 op verzoek van ABN AMRO Bank N.V. verzoekster tot cassatie (“[verzoekster]”) in staat van faillissement verklaard.
2.
Bij vonnis van 17 maart 2014 heeft de rechtbank het verzoek van [verzoekster] om ex art. 15b Fw haar faillissement op te heffen en om te zetten ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.