Einde inhoudsopgave
RvdW 2014/946
Schuldsanering. Overschrijding appeltermijn verschoonbaar?; apparaatsfout of aan verzoeker toe te rekenen fout?; niet-naleving art. 3.1.4.1 Procesreglement verzoekschriftprocedures insolventiezaken rechtbanken.
HR 11-07-2014, ECLI:NL:HR:2014:1682
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
11 juli 2014
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, C.A. Streefkerk, G. de Groot, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
14/01037
- Conclusie
A-G mr. E.M. Wesseling-van Gent
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
Insolventierecht / Schuldsanering natuurlijke personen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:1682, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 11‑07‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:424, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 16‑05‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 26‑02‑2014
- Wetingang
Essentie
Schuldsanering. Overschrijding appeltermijn verschoonbaar?; apparaatsfout of aan verzoeker toe te rekenen fout?; niet-naleving art. 3.1.4.1 Procesreglement verzoekschriftprocedures insolventiezaken rechtbanken.
Uitgangspunt is dat in het belang van een goede rechtspleging duidelijkheid dient te bestaan omtrent het tijdstip waarop een termijn voor het instellen van hoger beroep of cassatie begint te lopen (en eindigt), en dat aan beroepstermijnen strikt de hand moet worden gehouden. Slechts onder bijzondere omstandigheden kan daarop een uitzondering worden gemaakt. Een uitzondering is met name gerechtvaardigd indien degene die beroep instelt, ten gevolge van een door (de griffie van) de rechtbank of het hof ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.