Einde inhoudsopgave
RvdW 2014/961
Niet-ontvankelijkverklaring van verdachte in hoger beroep met toepassing had van art. 416.2 Sv.
HR 08-07-2014, ECLI:NL:HR:2014:1617
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
8 juli 2014
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, V. van den Brink, E.S.G.N.A.I. van de Griend
- Zaaknummer
13/04533
- Conclusie
A-G mr. P.C. Vegter
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:1617, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 08‑07‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:701, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑06‑2014
Essentie
Niet-ontvankelijkverklaring van verdachte in hoger beroep met toepassing had van art. 416.2 Sv.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een bij verstek gewezen arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 14 januari 2009, nummer 22/000497-08, in de strafzaak tegen: [Verdachte]. Adv. mr. R.J. Baumgardt, te Spijkenisse.
Conclusie
Conclusie A-G mr. P.C. Vegter:
1.
Het cassatieberoep richt zich tegen een beslissing van het Gerechtshof ’s-Gravenhage van 14 januari 2009. Er is tijdig een schriftuur ingekomen.
2.
Het middel stoelt kennelijk op de stelling dat het Hof de verdachte niet op ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.