Einde inhoudsopgave
Contractuele samenwerkingsverbanden in de BTW (FM nr. 133) 2009/20.2.4
20.2.4 Afbakening ten opzichte van overeenkomsten van vennootschap
A.J. van Doesum, datum 01-01-2009
- Datum
01-01-2009
- Auteur
A.J. van Doesum
- JCDI
JCDI:ADS369383:1
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting (V)
Onbekend (V)
Omzetbelasting / Algemeen
Europees belastingrecht / Richtlijnen EU
Omzetbelasting / Aftrek en teruggaaf
Fiscaal ondernemingsrecht (V)
Omzetbelasting / Belastingplichtige en -schuldige
Ondernemingsrecht / Personenvennootschappen
Europees belastingrecht / Algemeen
Voetnoten
Voetnoten
In het geval van participatieovereenkomsten stelt de achterman (croupier) bestanddelen ter beschikking aan de penvoerder. Hierin is eventueel een inbreng te onderkennen, zij het dat hetgeen de croupier ter beschikking stelt normaliter niet in gemeenschap wordt gebracht. De participatieovereenkomsten moeten daarom op andere criteria nader van de overeenkomsten van vennootschap worden onderscheiden. Zie onder meer: Kamerstukken II 2002/03, 28 746, nr. 5 (NaV), blz. 9.
HR 15 oktober 2004, nr. 38 059, BNB 2005/73.
Vgl. Kamerstukken II 2002/03, 28 746, nr. 5 (NaV), blz. 9.
Kamerstukken II 2002/03, 28 746, nr. 3 (MvT), blz. 69: “De in het wetsvoorstel gegeven omschrijvingen van de commanditaire vennootschap en van de commanditaire vennoot dienen er mede toe deze vennootschap duidelijker af te grenzen van geldleningen en participatiecontracten”.
Hoewel de overeenkomst van vennootschap pas in hoofdstuk 24 aan de orde komt, acht ik het noodzakelijk reeds op deze plaats aan te geven dat overeenkomsten tot het verrichten van transacties voor gemeenschappelijke rekening ondanks de gelijkenissen op onderdelen, verschillen van overeenkomsten van vennootschap.
Overeenkomsten tot het verrichten van transacties voor gemeenschappelijke rekening hebben wat weg van commanditaire vennootschappen die worden aangegaan met het oog op het tot stand brengen van één project. In beide gevallen zijn er transacties die mede voor rekening van een ander worden verricht. Het belangrijkste verschil met de (commanditaire) vennootschap is erin gelegen dat voor een overeenkomst van vennootschap vereist is, dat alle partijen (de vennoten) iets inbrengen. In het geval van transacties voor gemeenschappelijke rekening verrichten de andere participanten geen inbreng van geld, goederen het genot van goederen of arbeid. Er kan dus geen sprake zijn van een overeenkomst van vennootschap.1 Daarnaast is er mijns inziens – net als bij participatieovereenkomsten - een verschil ten aanzien van de interne besluitvorming. De overige participanten zullen niet deelnemen aan de interne besluitvorming.2 Bij een personenvennootschap zal een vennoot in beginsel juist wél deelnemen aan de interne besluitvorming. Voorts is er bij transacties voor gemeenschappelijke rekening, net zoals bij (andere) participatieovereenkomsten, geen sprake van een door samenwerking tussen vennoten te bereiken gemeenschappelijk doel. De partijen bij de overeenkomst streven ieder een zelfstandig doel na, zij het dat één van de partijen een deel van de winst aan de ander moet afstaan.3 Een overeenkomst inzake transacties voor gemeenschappelijke rekening moet dus van de overeenkomst van vennootschap worden onderscheiden, zeker wanneer bedacht wordt dat een overeenkomst inzake transacties voor gemeenschappelijke rekening tevens als participatieovereenkomst is te duiden.4