Einde inhoudsopgave
RvdW 2022/22
Vervolgingsuitlevering opgeëiste persoon (Nederlandse nationaliteit) naar Turkije t.z.v. de verdenking van de handel in of het verstrekken van verdovende of stimulerende middelen. Stukken zijn genoegzaam en uitlevering is toelaatbaar. Afwijzing verzoek tot aanhouding. HR: art. 81 lid 1 RO.
HR 07-12-2021, ECLI:NL:HR:2021:1834
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
7 december 2021
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, E.S.G.N.A.I. van de Griend, M.J. Borgers
- Zaaknummer
21/02100
- Conclusie
A-G mr. D.J.M.W. Paridaens
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Opiumwet
Internationaal strafrecht / Uitlevering en overlevering
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1834, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 07‑12‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:1150, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑11‑2021
Essentie
Vervolgingsuitlevering opgeëiste persoon (Nederlandse nationaliteit) naar Turkije t.z.v. de verdenking van de handel in of het verstrekken van verdovende of stimulerende middelen. Stukken zijn genoegzaam en uitlevering is toelaatbaar. Afwijzing verzoek tot aanhouding. HR: art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 21/02100 U
Datum 7 december 2021
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 29 april 2021, nummer UTL-I-2018035477, op een verzoek van de Republiek Turkije tot uitlevering
van
[opgeëiste persoon],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1978,
hierna: de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.