Einde inhoudsopgave
RvdW 2016/223
Art. 81 lid 1 RO. Contractenrecht. Koopovereenkomst woning. Procesrecht. Berusting ingevolge vaststellingsovereenkomst? Belang bij cassatieberoep? Inschrijven dagvaarding vereist (art. 3:301 lid 2 BW)? Ambtshalve toetsing aan art. 7:2 BW?
HR 29-01-2016, ECLI:NL:HR:2016:151
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
29 januari 2016
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, C.A. Streefkerk, A.H.T Heisterkamp, G. Snijders, G. de Groot
- Zaaknummer
14/02905
- Conclusie
A-G mr. E.B. Rank-Berenschot
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:151, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 29‑01‑2016
ECLI:NL:PHR:2015:2218, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑11‑2015
Essentie
Art. 81 lid 1 RO. Contractenrecht. Koopovereenkomst woning. Procesrecht. Berusting ingevolge vaststellingsovereenkomst? Belang bij cassatieberoep? Inschrijven dagvaarding vereist (art. 3:301 lid 2 BW)? Ambtshalve toetsing aan art. 7:2 BW?
Partij(en)
[eiser], eiser tot cassatie, adv.: mr. H.L. van Lookeren Campagne,
tegen
[verweerder],verweerder in cassatie, adv.: mr. J.H.M. van Swaaij.
Conclusie
Conclusie A-G mr. E.B. Rank-Berenschot:
1. Feiten en procesverloop1.
1.1
In cassatie kan worden uitgegaan van de volgende feiten:
- a)
Partijen (hierna: [eiser] resp. [verweerder]) zijn met elkaar in een geschil verwikkeld over de vraag of tussen hen een overeenkomst tot stand ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.