Einde inhoudsopgave
RvdW 2016/220
Rekening en verantwoording executeur (art. 1061 BW (oud) en art. 4:151 BW). Gaat verplichting tot afleggen van rekening en verantwoording van de als executeur benoemde notaris over op diens erfgenamen?; art. 4:149 lid 4 BW.
HR 22-01-2016, ECLI:NL:HR:2016:99
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
22 januari 2016
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, G. Snijders, G. de Groot, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
14/03446
- Conclusie
plv. P-G mr. C.L. de Vries Lentsch-Kostense
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Erfrecht / Testamenten
Erfrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:99, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 22‑01‑2016
ECLI:NL:PHR:2015:2210, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑10‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 03‑07‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 11‑06‑2014
- Wetingang
Essentie
Rekening en verantwoording executeur (art. 1061 BW (oud) en art. 4:151 BW). Gaat verplichting tot afleggen van rekening en verantwoording van de als executeur benoemde notaris over op diens erfgenamen?; art. 4:149 lid 4 BW.
Met toepassing van het tot 1 januari 2003 geldende erfrecht moet worden beoordeeld of op de erfgenaam van de als executeur benoemde (in 1997 overleden) notaris de verplichting is komen te rusten tot het afleggen van rekening en verantwoording over het door de notaris gevoerde beheer van de nalatenschap van erflater. Is dit het geval, dan is die verplichting ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.