RvdW 2021/869:Prejudiciële verwijzing. Bescherming van de consument. Richtlijn 93/13/EEG. Oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten. Artikel 3, lid 1, artikel 4, lid 1, en artikel 6, lid 1. Beoordeling van het oneerlijke karakter van contractuele bedingen. Beding waarbij het mogelijke voordeel voor de schuldeiser bij vroegtijdige beëindiging van de overeenkomst bij voorbaat wordt gefixeerd. Aanzienlijke verstoring van het evenwicht tussen de uit de overeenkomst voortvloeiende rechten en verplichtingen van partijen. Datum waarop de verstoring van het evenwicht moet worden beoordeeld. Vaststelling dat een beding oneerlijk is. Gevolgen. Vervanging van een oneerlijk beding door een nationale bepaling van aanvullend recht.