Einde inhoudsopgave
Binnenvaartregeling
Artikel 1.18
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
06-12-2023, Stcrt. 2023, 33917 (uitgifte: 20-12-2023, regelingnummer: IENW/BSK-2023/362052)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
06-12-2023, Stcrt. 2023, 33917 (uitgifte: 20-12-2023, regelingnummer: IENW/BSK-2023/362052)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Binnenvaart
1.
De bevoegde autoriteit in de zin van de in de artikelen 1.6 en 1.9 bedoelde reglementen is de minister.
2.
In afwijking van het eerste lid is de bevoegde autoriteit:
- a.
de directeur-generaal Luchtvaart en Maritieme Zaken in artikel 2.18 van het RosR;
- b.
de voorzitter van de commissie van deskundigen in de artikelen 2.11, eerste lid, 2.12, tweede lid, 2.20, eerste, tweede en derde lid, en 2.21, eerste, tweede, derde en vierde lid van het RosR en de artikelen 9.00, tweede lid, 9.01, vijfde lid, 9.05, 9.06, 9.07, 9.08 en artikel 9.09, tweede lid, onderdeel b, en 25.01, tweede lid, onderdeel h, van ES-TRIN;
- c.
de hoofdingenieurs-directeuren van het directoraat-generaal Rijkswaterstaat Oost-Nederland en Zuid-Holland, ieder voor zover het zijn ambtsgebied betreft, in de artikel 2.11, eerste lid, van het RosR en de artikelen 5.03, eerste lid en 23.01 van ES-TRIN;
- d.
de ambtenaren, bedoeld in artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering in de artikelen 2.11, eerste lid.
3.
In afwijking van het eerste lid is de bevoegde autoriteit in het Rsp:
- a.
de inspecteur-generaal van de Inspectie Leefomgeving en Transport in de artikelen 3.03, eerste lid, onder a, 3.06, eerste ,derde en vierde lid, 3.13, tweede en vierde lid, 5.02, onderdeel a, 5.03, aanhef, 5.04, eerste lid, en 5.08, eerste tot en met derde lid;
- b.
de in artikel 10.2 aangewezen ambtenaren alsmede de ambtenaren van politie, bedoeld in artikel 2, onderdeel a, van de Politiewet 2012 in de artikelen 7.24, eerste lid en 7.25;
- c.
de voorzitter van de commissie van deskundigen in artikel 3.13, tweede en vierde lid;
- d.
de Dienst wegverkeer in bijlage 5, onderdeel V, artikel 3, punt 1, van ES-TRIN;
- e.
De ambtenaren, bedoeld in artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering in artikel 3.03, eerste lid, onder a.
4.
De in het eerste en derde lid bedoelde bevoegde autoriteiten voeren het Rsp uit overeenkomstig de dienstinstructies van de Centrale Commissie voor de Rijnvaart betreffende de toepassing van dat reglement.
5.
De minister maakt de in het vierde lid bedoelde dienstinstructies bekend in de Staatscourant.