Bevrijdende verweren
Einde inhoudsopgave
Bevrijdende verweren (BPP nr. XXII) 2023/348:348 Begrippen
Bevrijdende verweren (BPP nr. XXII) 2023/348
348 Begrippen
Documentgegevens:
H.W.B. thoe Schwartzenberg, datum 27-01-2023
- Datum
27-01-2023
- Auteur
H.W.B. thoe Schwartzenberg
- JCDI
JCDI:ADS692002:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
Toon alle voetnoten
Voetnoten
Voetnoten
HR 22 oktober 1993, ECLI:NL:HR:1993:ZC1104, NJ 1994/374 met nt. H.E.Ras (Staat/G.) en HR 9 juli 2010, ECLI:NL:HR:2010:BM3979, NJ 2010/403 (Engineering/EDS).
Snijders (red.), Klaassen, Krans & Meijer 2022/144.
Zie ook Meijer 2011/12.4.4.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Het onderscheid tussen een exceptief verweer (een processueel verweer) en principaal verweer (waaronder een bevrijdend verweer) is van belang voor dit onderzoek. Excepties zijn verweermiddelen die ertoe strekken dat de rechter op grond van regels van processuele aard niet aan een beoordeling van de rechtsbetrekking in geschil zelf toekomt.1 Wegens de zuiver processuele aard raken excepties de rechtsbetrekking zelf niet.2 Voorbeelden van excepties zijn een beroep op onbevoegdheid van de rechter (art. 110 lid 1 eerste volzin Rv), op litispendentie (art. 220 Rv) of wanneer verweerder bij de overheidsrechter een beroep doet op het feit dat partijen een arbitrage-overeenkomst zijn overeengekomen (art. 1022 Rv).3
Principaal verweer is een verweer dat een inhoudelijke beoordeling van de rechtsbetrekking in geschil betreft. Een bevrijdend verweer valt onder het begrip principaal verweer: een verweer dat een inhoudelijke beoordeling van de rechtsbetrekking in geschil betreft.