Einde inhoudsopgave
RvdW 2019/1234
Poging zware mishandeling door slachtoffer twee keer met (aanzienlijke) kracht met zijn vuist in het gezicht te slaan onvoldoende gemotiveerd. Uit bewijsvoering blijkt niet dat het door verdachte uitgeoefende geweld zodanig was dat daaruit kan volgen dat verdachte bewust de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat zijn gedragingen zwaar lichamelijk letsel bij aangever tot gevolg zouden hebben. Verwerping beroep op noodweer omdat reactie verdachte disproportioneel was niet zonder meer begrijpelijk.
HR 19-11-2019, ECLI:NL:HR:2019:1804
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
19 november 2019
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, V. van den Brink, A.L.J. van Strien
- Zaaknummer
18/04290
- Conclusie
A-G mr. B.F. Keulen
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1804, Uitspraak, Hoge Raad, 19‑11‑2019
Essentie
Poging zware mishandeling door slachtoffer twee keer met (aanzienlijke) kracht met zijn vuist in het gezicht te slaan onvoldoende gemotiveerd. Uit bewijsvoering blijkt niet dat het door verdachte uitgeoefende geweld zodanig was dat daaruit kan volgen dat verdachte bewust de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat zijn gedragingen zwaar lichamelijk letsel bij aangever tot gevolg zouden hebben. Verwerping beroep op noodweer omdat reactie verdachte disproportioneel was niet zonder meer begrijpelijk.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 18/04290
Datum 19 november 2019
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Amsterdam ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.