Einde inhoudsopgave
RvdW 2019/634
EPGV-Verordening. Proceskosten; toepassing nationale procedureregels voor verdeling van proceskosten; beginsel van procedurele autonomie van de lidstaten; gelijkwaardigheidsbeginsel; doeltreffendheidsbeginsel.
HvJ EU 14-02-2019, ECLI:EU:C:2019:124 (Jonsson)
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Unie
- Datum
14 februari 2019
- Magistraten
M. Vilaras, J. Malenovský, L. Bay Larsen, M. Safjan, D. Šváby
- Zaaknummer
C-554/17
- Roepnaam
Jonsson
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Internationaal privaatrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2019:124, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 14‑02‑2019
- Wetingang
Art. 16 Verordening (EG) 861/2007
Essentie
Rebecka Jonsson tegen Société du Journal L’Est Républicain.
Verzoek om een prejudiciële beslissing krachtens art. 267 VWEU, ingediend door de Svea hovrätt (rechter in tweede aanleg Stockholm, Zweden) bij beslissing van 11 september 2017.
EPGV-Verordening. Proceskosten; toepassing nationale procedureregels voor verdeling van proceskosten; beginsel van procedurele autonomie van de lidstaten; gelijkwaardigheidsbeginsel; doeltreffendheidsbeginsel.
Art. 16 EPGV-Verordening moet aldus worden uitgelegd dat het zich niet verzet tegen een nationale regeling op grond waarvan, wanneer een partij slechts ten dele in het gelijk wordt gesteld, de nationale rechter kan gelasten dat elke partij in de procedure in haar ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.