Einde inhoudsopgave
RvdW 2014/47
Verwijderingsbevel krachtens wettelijk voorschrift als bedoeld in art. 184 Sr.
HR 10-12-2013, ECLI:NL:HR:2013:1742
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
10 december 2013
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, B.C. de Savornin Lohman, J. de Hullu, H.A.G. Splinter-van Kan, Y. Buruma
- Zaaknummer
13/01184
- Conclusie
A-G mr. P.C. Vegter
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
Staatsrecht / Decentralisatie
Bestuursrecht algemeen / Bestuursbevoegdheden
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2013:1742, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 10‑12‑2013
ECLI:NL:PHR:2013:1267, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑06‑2013
Beroepschrift, Hoge Raad, 26‑03‑2013
- Wetingang
Essentie
Art. 2.9 APV Amsterdam houdt niet uitdrukkelijk in dat de burgemeester gerechtigd is tot het geven van een verwijderingsbevel. Maar ingevolge art. 172 lid 3 Gemeentewet is de burgemeester bevoegd bevelen te geven die noodzakelijk zijn voor de handhaving van de openbare orde (en bij de uitvoering van die bevoegdheid politieambtenaren te betrekken). Zo’n bevel is aan te merken als een wettelijk voorschrift in materiële zin. Nu de burgemeester met het Mandaatbesluit verwijderingsbevelen zijn bevelsbevoegdheid ex art. 172 lid 3 Gemeentewet heeft uitgeoefend en daarbij heeft bepaald dat zijn bevel is gegeven voor de in art. 2.9 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.