Einde inhoudsopgave
RvdW 2017/299
Belastingrecht. Niet gemaximeerde dwangsommen (art. 611b Rv); discretionaire bevoegdheid rechter; art. 6 EVRM?; dwangsom punitieve sanctie?; onmogelijkheid van voldoening aan dwangsom? Bevoegdheid opleggen last onder dwangsom (art. 5:31d e.v. Awb) niet toegekend aan Belastingdienst.
HR 24-02-2017, ECLI:NL:HR:2017:310
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
24 februari 2017
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders, G. de Groot, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
15/02182
- Conclusie
plv. P-G mr. F.F. langemeijer
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht / Informatieverplichting
Bestuursrecht algemeen / Handhaving algemeen
Burgerlijk procesrecht / Beslag en executie
Belastingrecht algemeen / Organisatie Belastingdienst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:310, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑02‑2017
ECLI:NL:PHR:2016:1171, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 18‑11‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 07‑04‑2015
- Wetingang
Essentie
Belastingrecht. Niet gemaximeerde dwangsommen (art. 611b Rv); discretionaire bevoegdheid rechter; art. 6 EVRM?; dwangsom punitieve sanctie?; onmogelijkheid van voldoening aan dwangsom? Bevoegdheid opleggen last onder dwangsom (art. 5:31d e.v. Awb) niet toegekend aan Belastingdienst.
De rechter heeft een discretionaire bevoegdheid om aan op te leggen dwangsommen al dan niet een maximum te verbinden (art. 611b, tweede volzin, Rv). In cassatie kunnen slechts de gronden voor het gebruik van de bevoegdheid om de dwangsommen al dan niet te maximeren worden getoetst. Het beroep op art. 6 EVRM gaat niet op. Oplegging ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.