Einde inhoudsopgave
RvdW 2020/850
Opzetheling motor, art. 416 lid 1 onder a Sr. 1. Heeft verdachte motor voorhanden gehad a.b.i. art. 416 Sr? 2. Wist verdachte t.t.v. voorhanden krijgen dat motor door misdrijf verkregen goed betrof, nu hij (gestolen) motor zonder kenteken ’s ochtends vroeg (naar eigen zeggen) op verzoek van vriend in buitenland samen met voor hem onbekende anderen heeft weggezet in parkeergarage? HR: art. 81 lid 1 RO.
HR 30-06-2020, ECLI:NL:HR:2020:1126
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
30 juni 2020
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, A.L.J. van Strien, M.T. Boerlage
- Zaaknummer
18/01342
- Conclusie
A-G mr. F.W. Bleichrodt
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1126, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 30‑06‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:491, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 19‑05‑2020
Essentie
Opzetheling motor, art. 416 lid 1 onder a Sr. 1. Heeft verdachte motor voorhanden gehad a.b.i. art. 416 Sr? 2. Wist verdachte t.t.v. voorhanden krijgen dat motor door misdrijf verkregen goed betrof, nu hij (gestolen) motor zonder kenteken ’s ochtends vroeg (naar eigen zeggen) op verzoek van vriend in buitenland samen met voor hem onbekende anderen heeft weggezet in parkeergarage? HR: art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 18/01342
Datum 30 juni 2020
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.