Einde inhoudsopgave
Besluit Nr. 1/95 (96/142/EG) inzake de tenuitvoerlegging van de slotfase van de douane-unie
Artikel 58
Geldend
Geldend vanaf 31-12-1995
- Bronpublicatie:
22-12-1995, PbEG 1996, L 35 (uitgifte: 13-02-1996, regelingnummer: 96/142/EG)
- Inwerkingtreding
31-12-1995
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-12-1995, PbEG 1996, L 35 (uitgifte: 13-02-1996, regelingnummer: 96/142/EG)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
Douane (V)
1.
Indien er, na het krachtens de procedure van artikel 56, lid 2, of van artikel 57, lid 4, gepleegde overleg geen voor alle partijen bevredigende oplossing wordt gevonden door het Gemengd Comité van de douane-unie en indien één van beide partijen van mening is dat verschillen in de betrokken wetgevingen het vrije verkeer van goederen zouden kunnen belemmeren of het handelsverkeer zouden kunnen verleggen, dan wel economische verstoringen op haar grondgebied veroorzaken, dan mag die partij dit aan het Gemengd Comité van de douane-unie voorleggen, dat dan eventueel de methodes zal aanbevelen om de daardoor wellicht berokkende schade te voorkomen.
Dezelfde procedure zal worden gevolgd indien verschillen in de toepassing van de wetgevingen op een gebied dat rechtstreeks verband houdt met de werking van de douane-unie belemmeringen van het vrije verkeer van goederen, verleggingen van het handelsverkeer of economische problemen veroorzaken of dreigen te veroorzaken.
2.
Wanneer er zich, wegens een gebrek aan homogeniteit tussen de bestaande communautaire en Turkse wetgevingen of verschillen in toepassing daarvan op een gebied dat van rechtstreeks belang is voor de werking van de douane-unie, belemmeringen van het vrije verkeer van goederen of verleggingen van het handelsverkeer voordoen of dreigen voor te doen en de betrokken partij van mening is dat onmiddellijk optreden noodzakelijk is, dan mag zij zelf de nodige beschermingsmaatregelen nemen en deze ter kennis van het Gemengd Comité van de douane-unie brengen, dat dan kan besluiten of het deze maatregelen moet wijzigen of afschaffen. Bij voorrang moet worden gekozen voor maatregelen die de werking van de douane-unie het minst verstoren.