Einde inhoudsopgave
RvdW 2015/773
Schuldsanering. Valt vordering tot terugbetaling bijstand die in periode voorafgaand aan van toepassing worden van schuldsaneringsregeling ten onrechte is genoten, onder de werking schuldsaneringsregeling?; overeenkomstige toepassing art. 299 lid 1 onder b Fw.
HR 19-06-2015, ECLI:NL:HR:2015:1693
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
19 juni 2015
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, C.E. Drion, G. de Groot
- Zaaknummer
14/02113
- Conclusie
A-G mr. J.B.M.M. Wuisman
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Insolventierecht / Schuldsanering natuurlijke personen
Bestuursrecht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:1693, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 19‑06‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:418, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑03‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 15‑04‑2014
- Wetingang
Essentie
Schuldsanering. Valt vordering tot terugbetaling bijstand die in periode voorafgaand aan van toepassing worden van schuldsaneringsregeling ten onrechte is genoten, onder de werking schuldsaneringsregeling?; overeenkomstige toepassing art. 299 lid 1 onder b Fw.
Art. 58 Wwb, dat de terugvordering door de Gemeente van ten onrechte of tot een te hoog bedrag ontvangen bijstand regelt, sluit blijkens zijn redactie aan bij de regels van de onverschuldigde betaling. Voor zover het intrekkingsbesluit (art. 54 lid 3 Wwb) meebrengt dat aan het besluit tot toekenning werking wordt ontnomen met ingang van een tijdstip in het verleden, moet de vanaf ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.