Einde inhoudsopgave
RvdW 2015/788
(Poging) tot oplichting banken. Schadevergoeding. HR: art. 81 lid 1 RO.
HR 16-06-2015, ECLI:NL:HR:2015:1658
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
16 juni 2015
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, N. Jörg, V. van den Brink
- Zaaknummer
13/03697
- Conclusie
A-G mr. D.J.C. Aben
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:1658, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 16‑06‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:699, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑04‑2015
Essentie
(Poging) tot oplichting banken. Schadevergoeding. HR: art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Leeuwarden, van 19 juli 2013, nummer 24/001215-11, in de strafzaak tegen: [verdachte]. Adv. mr. B.P. de Boer te Amsterdam.
Conclusie
Conclusie A-G mr. D.J.C. Aben:
1.
Het gerechtshof te Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Leeuwarden, heeft bij arrest van 19 juli 2013 het vonnis van de rechtbank Zwolle-Lelystad van 9 juni 2011 waarbij de verdachte ter zake van het meermalen plegen van ‘oplichting’ en ‘poging tot oplichting’ ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.