Einde inhoudsopgave
Cessie (O&R nr. 70) 2012/VI.2.6.2.1
VI.2.6.2.1 Inleiding
mr. M.H.E. Rongen, datum 01-10-2011
- Datum
01-10-2011
- Auteur
mr. M.H.E. Rongen
- JCDI
JCDI:ADS361223:1
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Algemeen
Ondernemingsrecht / Algemeen
Goederenrecht / Verkrijging en verlies
Voetnoten
Voetnoten
Dit is anders indien uitleg van het beding tot de conclusie voert dat partijen met het beding hebben beoogd ook andere wijzen van overgang uit te sluiten. Zoals ik hiervoor heb betoogd (nr. 589), dient in de regel echter te worden aangenomen dat een beding dat naar zijn bewoordingen uitsluitend de overdraagbaarheid van de vordering uitsluit, ook alleen aan overdracht van de vordering in de weg staat en niet aan andere wijzen van overgang. Vgl. ook: MvA II, Parl. Gesch. Boek 7 (Inv. 3, 5 en 6), p. 424.
Zie hiervoor: nr. 559 en mijn kritiek daarop in nr. 571.
In het kader van een securitisation betekent dit dat het SPV de rechten uit de overgenomen overeenkomst, voor zover zij niet overdraagbaar zijn, niet aan de security trustee tot zekerheid kan cederen en mogelijk ook niet kan verpanden (zie § II.11.2).
621. Inleiding. Het beding van niet-overdraagbaarheid staat alleen in de weg aan een overgang van de vordering door overdracht. Andere wijzen van overgang van de vordering op een rechtsopvolger van de schuldeiser worden in beginsel niet door het beding verhinderd.1 De vraag rijst dan ook of de overgang van de vorderingen naar een SPV in het kader van een securitisationtransactie niet op een andere manier dan door overdracht kan worden gerealiseerd. Gedacht kan worden aan subrogatie, contractsoverneming en afsplitsing. In het onderstaande zullen deze mogelijkheden kort worden toegelicht.
Benadrukt zij dat overgang van een onoverdraagbare vordering anders dan door overdracht, het beding van niet-overdraagbaarheid niet doet vervallen. Ook de nieuwe schuldeiser is aan het beding gebonden. In de heersende opvatting bepaalt het beding van niet-overdraagbaarheid immers de inhoud van de vordering,2 zodat de nieuwe schuldeiser een vordering heeft verkregen die naar haar inhoud niet voor overdracht vatbaar is.3