Einde inhoudsopgave
RvdW 2007, 1031
HR, 07-12-2007, nr. R07/030HR
HR 07-12-2007, ECLI:NL:HR:2007:BB9613
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
7 december 2007
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, P.C. Kop, A. Hammerstein, F.B. Bakels, W.D.H. Asser
- Zaaknummer
R07/030HR
- Conclusie
A-G Wesseling-van Gent
- LJN
BB9613
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2007:BB9613, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑12‑2007
ECLI:NL:HR:2007:BB9613, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 07‑12‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 15‑02‑2006
- Wetingang
Essentie
Alimentatie gewezen echtgenoten. Overlegging stukken voor de zitting in hoger beroep; art. 5 lid 5 Uniform reglement gerechtshoven voor rekestprocedures in familiezaken; strekking; taak rechter; eisen goede procesorde.
De bepaling van art. 5 lid 5 van het Uniform reglement van de gerechtshoven voor rekestprocedures in familiezaken inzake de overlegging van stukken voor de zitting brengt, in aanmerking genomen dat het hier een in hoger beroep (de laatste feitelijke instantie) toe te passen bepaling betreft en gelet op wat mede met het oog daarop uit de eisen van een goede procesorde voortvloeit, mee dat het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.