Einde inhoudsopgave
RvdW 2007, 1041
HR, 30-11-2007, nr. C06/076HR
HR 30-11-2007, ECLI:NL:PHR:2007:BB4976
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
30 november 2007
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, A. Hammerstein, J.C. van Oven
- Zaaknummer
C06/076HR
- Conclusie
A-G Verkade
- LJN
BB4976
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2007:BB4976, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 30‑11‑2007
ECLI:NL:PHR:2007:BB4976, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑11‑2007
Essentie
Onrechtmatige daad; schade bij executoriale ontruiming van woning en opslag inboedel. Cassatieberoep verworpen met toepassing van art. 81 RO.
Partij(en)
[Eiseres], te [woonplaats], eiseres tot cassatie, adv. mr. J. Groen,
tegen
1. [Verweerder 1],
2. [Verweerster 2], beiden te Bonaire, Nederlandse Antillen,
3. [Verweerster 3], thans [A] B.V., te [vestigingsplaats], verweerders in cassatie, niet verschenen.
Uitspraak
Hoge Raad:
1. Het geding in feitelijke instanties
[Eiseres] heeft bij exploot van 8 september 2000 [verweerster] c.s. gedagvaard voor de rechtbank 's‑Gravenhage en gevorderd, kort gezegd, [verweerster] c.s. hoofdelijk te veroordelen tot betaling van een schadevergoeding aan [eiseres] van ƒ 42.500 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.