Einde inhoudsopgave
RvdW 2007, 1042
HR, 30-11-2007, nr. C06/184HR
HR 30-11-2007, ECLI:NL:HR:2007:BB7713
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
30 november 2007
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, P.C. Kop, A. Hammerstein, F.B. Bakels, C.A. Streefkerk
- Zaaknummer
C06/184HR
- Conclusie
A-G Spier
- LJN
BB7713
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2007:BB7713, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑11‑2007
ECLI:NL:HR:2007:BB7713, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 30‑11‑2007
Essentie
Valutatermijntransacties; aansprakelijkheid bank wegens schending zorgplicht door onvoldoende bewaken van de margin en wegens onjuist advies?; stuiting van de verjaring; ontbreken causaal verband tekortkoming en geleden schade?; omkeringsregel. Cassatieberoep verworpen met toepassing van art. 81 RO.
Partij(en)
1. [Eiseres 1],
2. [Eiser 2], beide te [plaats], eisers tot cassatie, adv. mr. F.E. Vermeulen,
tegen
Coöperatieve Rabobank Land Van Cuijk-Noord U.A., te Mill, gemeente Mill en Sint Hubert, verweerster in cassatie, adv. mr. J. de Bie Leuveling Tjeenk.
Uitspraak
Hoge Raad:
1. Het geding in feitelijke instanties
[Eiser] c.s. hebben bij exploot van 21 november 2002 de Rabobank ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.