Einde inhoudsopgave
RvdW 2006, 1024
HvJ EG, 19-09-2006, nr. C-392/04, nr. C-422/04
HvJ EG 19-09-2006, ECLI:EU:C:2006:586
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen
- Datum
19 september 2006
- Magistraten
V. Skouris, P. Jann, C.W.A. Timmermans, A. Rosas, J. Malenovský, S. von Bahr, J.N. Cunha Rodrigues, R. Silva de Lapuerta, K. Lenaerts, E. Juhász, G. Arestis, A. Borg Barthet, M. Ilešič; A-G: D. Ruiz-Jarabo Colomer
- Zaaknummer
C-392/04
C-422/04
- Conclusie
A-G Ruiz-Jarabo Colomer
- LJN
AZ0873
- Vakgebied(en)
EU-recht (V)
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2006:586, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, 19‑09‑2006
- Wetingang
EG-verdrag art. 10; EG-Richtlijn nr. 97/13
Essentie
ⅰ-21 Germany GmbH en Arcor AG & Co. KG tegen Bundesrepublik Deutschland.
Verzoeken om een prejudiciële beslissing .ingediend door het Bundesverwaltungsgericht (Duitsland) bij beslissingen van 7 juli 2004.
Telecommunicatiediensten — Vergoedingen en heffingen voor individuele vergunningen — Artikel 10 EG — Voorrang van gemeenschapsrecht — Rechtszekerheid — Definitief geworden beschikking van bestuursorgaan
Artikel 11, lid 1, van richtlijn 97/13/EG betreffende een gemeenschappelijk kader voor algemene machtigingen en individuele vergunningen op het gebied van telecommunicatiediensten, staat eraan in de weg dat voor individuele vergunningen een vergoeding wordt geheven bij de berekening waarvan wordt uitgegaan van de algemene beheerkosten ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.