Einde inhoudsopgave
RvdW 2006, 1077
Samenloop verzekeringen. Onderling verhaal ex art. 7:961 BW; strekking.
HR 17-11-2006, ECLI:NL:PHR:2006:AY9717 (Europeesche/Zorg en Zekerheid)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
17 november 2006
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, O. de Savornin Lohman, A.M.J. van Buchem-Spapens, E.J. Numann, J.C. van Oven
- Zaaknummer
C05/199HR
- Conclusie
A-G Wesseling-van Gent
- LJN
AY9717
- Roepnaam
Europeesche/Zorg en Zekerheid
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Verbintenissenrecht / Overgang en tenietgaan verbintenissen
Verzekeringsrecht / Schadeverzekering
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2006:AY9717, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 17‑11‑2006
ECLI:NL:PHR:2006:AY9717, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 17‑11‑2006
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑06‑2005
- Wetingang
BW art. 6:145; BW art. 7:961; K (oud) art. 277; K (oud) art. 284
Essentie
Samenloop verzekeringen. Onderling verhaal ex art. 7:961 BW; strekking.
Met het in art. 7:961 BW neergelegde stelsel valt niet te rijmen dat een verzekeraar die, in een geval van samenloop, de schade van een verzekerde heeft vergoed en verhaal wil nemen op de verzekeraar van de samenlopende verzekering, daarin belemmerd wordt door het verweer dat de betrokken verzekerde de schade niet tijdig of anderszins niet volgens de voorschriften van de polisvoorwaarden bij laatstbedoelde verzekeraar heeft gemeld. Het bepaalde in art. 6:145 BW en de verspreide wettelijke voorschriften over het ‘civiele plafond’ doen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.