Einde inhoudsopgave
RvdW 2022/493
Onrechtmatige overheidsdaad. Belastingrecht. Kostenwet invordering rijksbelastingen. Verzoek ambtshalve vermindering; beslissing ontvanger; formele rechtskracht. Onmiskenbaar onjuiste beschikking belastingdeurwaarder; taak burgerlijke rechter; Unierechtelijk evenredigheidsbeginsel; meermalen in rekening brengen maximale kosten.
HR 13-05-2022, ECLI:NL:HR:2022:686
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
13 mei 2022
- Magistraten
Mrs. M.J. Kroeze, C.E. du Perron, A.E.B. ter Heide, J.A.R. van Eijsden, S.J. Schaafsma
- Zaaknummer
20/02479
- Conclusie
A-G mr. B.F. Assink
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Invordering / Algemeen
EU-recht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:686, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 13‑05‑2022
ECLI:NL:PHR:2021:866, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 24‑09‑2021
Beroepschrift, Hoge Raad, 08‑12‑2020
- Wetingang
Art. 6:162 BW; art. 3, 7 Kostenwet invordering rijksbelastingen
Essentie
Onrechtmatige overheidsdaad. Belastingrecht. Kostenwet invordering rijksbelastingen. Verzoek ambtshalve vermindering; beslissing ontvanger; formele rechtskracht. Onmiskenbaar onjuiste beschikking belastingdeurwaarder; taak burgerlijke rechter; Unierechtelijk evenredigheidsbeginsel; meermalen in rekening brengen maximale kosten.
Samenvatting
Op grond van de Kostenwet invordering rijksbelastingen vindt het in rekening brengen van de kosten plaats bij beschikking van de belastingdeurwaarder. Tegen deze beschikking kan administratief beroep worden ingesteld bij de ontvanger. Een afwijzende beslissing van de ontvanger op een verzoek tot ambtshalve vermindering van de kosten kan geen formele rechtskracht krijgen, omdat tegen een dergelijke beslissing niet een met voldoende waarborgen omklede bestuursrechtelijke rechtsgang ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.