Einde inhoudsopgave
RvdW 2021/258
Middel over opzettelijk aanwezig hebben van hennep(gruis), art. 3 onder C Opiumwet. HR: art. 81 lid 1 RO.
HR 16-02-2021, ECLI:NL:HR:2021:241
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
16 februari 2021
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, Y. Buruma, A.L.J. van Strien
- Zaaknummer
19/02331
- Conclusie
A-G mr. P.M. Frielink
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Opiumwet
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:241, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 16‑02‑2021
ECLI:NL:PHR:2020:1258, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 15‑12‑2020
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 19/02331
Datum 16 februari 2021
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 29 april 2019, nummer 21-005285-17, in de strafzaak
tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1974,
hierna: de verdachte.
Conclusie
Conclusie A-G mr. P.M. Frielink:
1. De verdachte is bij arrest van 29 april 2019 door het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Leeuwarden, wegens 1. “witwassen” en ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.