RvdW 2020/431:Beklag (552a Sv), beslag ex. art. 94 Sv. Klager vraagt teruggave van de bij zijn vader in beslag genomen € 10.000 die klager had verstopt in het plafond van de auto die bij zijn vader in gebruik was. De strafzaak tegen de vader is geseponeerd. De rechtbank verklaart het beklag ongegrond omdat niet buiten redelijke twijfel is dat klager als eigenaar/rechthebbende van het geld moet worden aangemerkt. HR herhaalt ECLI:NL:HR:2010:BL2823 m.b.t. de in een geval als dit aan te leggen maatstaf zijnde of klager redelijkerwijs als rechthebbende kan worden aangemerkt. De rechtbank heeft dus een onjuiste maatstaf aangelegd.