Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 575/2013 betreffende prudentiële vereisten voor kredietinstellingen en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012
Artikel 383 nonies Grondstoffenrisicofactoren
Geldend
Geldend vanaf 09-07-2024
- Redactionele toelichting
Wordt toegepast vanaf 01-01-2025.
- Bronpublicatie:
31-05-2024, PbEU L 2024, 2024/1623 (uitgifte: 19-06-2024, regelingnummer: 2024/1623)
- Inwerkingtreding
09-07-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
31-05-2024, PbEU L 2024, 2024/1623 (uitgifte: 19-06-2024, regelingnummer: 2024/1623)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
De subklassen voor alle grondstoffenrisicofactoren zijn de in artikel 383 quinvicies genoemde sectorale subklassen.
2.
De grondstoffendeltarisicofactoren die instellingen moeten toepassen op instrumenten in de CVA-portefeuille die voor contante grondstoffenprijzen gevoelig zijn, zijn de contante prijzen van alle grondstoffen die worden gemapt met dezelfde sectorale subklasse als die bedoeld in lid 1. Voor iedere sectorale subklasse wordt één nettogevoeligheid berekend.
3.
De grondstoffenvegarisicofactoren die instellingen moeten toepassen op instrumenten in de CVA-portefeuille die voor volatiliteiten van grondstoffenprijzen gevoelig zijn, zijn de impliciete volatiliteiten van alle grondstoffen die worden gemapt met dezelfde sectorale subklasse als die bedoeld in lid 1. Voor iedere sectorale subklasse wordt één nettogevoeligheid berekend.