Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsverordening (EU) nr. 404/2011 houdende bepalingen voor de uitvoering van Verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad tot vaststelling van een communautaire controleregeling die de naleving van de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid moet garanderen
Artikel 146 quinquies Transmissie van berichten
Geldend
Geldend vanaf 20-11-2015
- Redactionele toelichting
Lid 1 wordt toegepast vanaf 01-01-2016.
- Bronpublicatie:
28-10-2015, PbEU 2015, L 287 (uitgifte: 31-10-2015, regelingnummer: 2015/1962)
- Inwerkingtreding
20-11-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-10-2015, PbEU 2015, L 287 (uitgifte: 31-10-2015, regelingnummer: 2015/1962)
- Vakgebied(en)
Agrarisch recht (V)
1.
Alle transmissies verlopen volledig automatisch en vinden onmiddellijk plaats, met gebruikmaking van de transportlaag.
2.
Voordat de afzender een bericht verstuurt, verricht hij een automatische controle om na te gaan of het bericht beantwoordt aan de minimale reeks validerings- en verificatieregels die beschikbaar is in het register van stamgegevens (Master Data Register) op de visserijwebsite van de Europese Commissie.
3.
De ontvanger stelt de verzender in kennis van de ontvangst van het bericht middels een retourbericht volgens ‘P1000 — 1: Algemene beginselen’ van het UN/CEFACT. Voor VMS-berichten en antwoorden op een verzoek wordt geen retourbericht verstuurd.
4.
Wanneer zich bij de afzender een technisch mankement voordoet en de afzender geen berichten meer kan uitwisselen, brengt hij alle ontvangers op de hoogte van het probleem. De afzender neemt onmiddellijk passende maatregelen om het probleem op te lossen. Alle berichten die aan een ontvanger moeten worden gestuurd, worden opgeslagen totdat het probleem is opgelost.
5.
Wanneer zich bij de ontvanger een technisch mankement voordoet en de ontvanger geen berichten meer kan ontvangen, brengt hij alle afzenders op de hoogte van het probleem. De ontvanger neemt onmiddellijk passende maatregelen om het probleem op te lossen.
6.
Nadat de systeemstoring bij een afzender is verholpen, stuurt de afzender de niet-verzonden berichten zo spoedig mogelijk door. Daarvoor kan een handmatige follow-up-procedure worden toegepast.
7.
Nadat de systeemstoring bij de ontvanger is verholpen, worden ontbrekende berichten op verzoek toegankelijk gemaakt. Daarvoor kan een handmatige follow-up-procedure worden toegepast.
8.
Alle afzenders en ontvangers van berichten en de Commissie stellen failover-procedures in met het oog op bedrijfscontinuïteit.