Einde inhoudsopgave
Vreemdelingencirculaire 2000 (A)
4.1 Aanvragen van een geldig document voor grensoverschrijding
Geldend
Geldend vanaf 20-07-2015
- Bronpublicatie:
13-07-2015, Stcrt. 2015, 20854 (uitgifte: 17-07-2015, regelingnummer: WBV2015/9)
- Inwerkingtreding
20-07-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-07-2015, Stcrt. 2015, 20854 (uitgifte: 17-07-2015, regelingnummer: WBV2015/9)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht (V)
Als blijkt dat de vreemdeling niet beschikt over een geldig document voor grensoverschrijding of een re-entry permit dan moet de DT&V zo snel mogelijk tenminste een van de volgende bewijsmiddelen aanvragen bij de buitenlandse diplomatieke of consulaire vertegenwoordiging van het land van herkomst van de vreemdeling:
- ā¢
een geldig document voor grensoverschrijding;
- ā¢
āre-entry permitā.
De DT&V moet een aanvraag voor een geldig document voor grensoverschrijding bij voorkeur samen met de vreemdeling opmaken. De DT&V moet de vreemdeling informeren over welke informatie de vreemdeling moet verstrekken voor het verkrijgen een geldig document voor grensoverschrijding. De vreemdeling is zelf verantwoordelijk voor het door de vreemdeling ingevulde formulier of de aan de DT&V verstrekte bewijsmiddelen geen asielgerelateerde informatie bevatten. De DT&V hoeft deze bewijsmiddelen niet te vertalen en te screenen op gegevens waaruit indirect kan worden afgeleid dat het om een vreemdeling gaat die een aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd heeft ingediend voordat het aan een diplomatieke vertegenwoordiging wordt overgelegd.
De DT&V moet bewijsmiddelen wel screenen op gegevens waaruit indirect kan worden afgeleid dat het om een vreemdeling gaat die een aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd heeft ingediend bij landen waarvan bekend is dat het aanvragen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd tot problemen kan leiden bij de terugkeer van de vreemdeling tot dat land. De DT&V mag aan de diplomatieke vertegenwoordiging uitsluitend aangeven dat:
- ā¢
de vreemdeling geen rechtmatig verblijf in Nederland heeft en om die reden Nederland moet verlaten;
- ā¢
of dat de vreemdeling gehouden is om medewerking te verlenen aan de voorbereiding van zijn vertrek.
De DT&V moet beschikbare (kopieƫn van) bewijsmiddelen die de identiteit of nationaliteit van de vreemdeling kunnen onderbouwen, voegen bij de aanvraag voor een geldig document voor grensoverschrijding.
Als onmiddellijke uitzetting van de vreemdeling door middel van overdracht aan de buitenlandse grensautoriteiten of door plaatsing aan boord van een schip of een vliegtuig mogelijk is, vraagt de DT&V geen geldig document voor grensoverschrijding en de eventueel benodigde visa, transitvisa en āre-entry permitā bij de buitenlandse diplomatieke vertegenwoordiging aan.
Als de uitzetting van een vreemdeling in overeenstemming met artikel 65, eerste lid, Vw, niet zonder geldig document voor grensoverschrijding en de eventueel benodigde visa, transitvisa en āre-entry permitā kan worden geĆ«ffectueerd, moet de ambtenaar belast met grensbewaking contact opnemen met de DT&V. De DT&V dient voor de effectuering van de uitzetting van de vreemdeling, een aanvraag in bij de buitenlandse diplomatieke vertegenwoordiging voor een geldig document voor grensoverschrijding.