Einde inhoudsopgave
Europese standaard tot vaststelling van de technische voorschriften voor binnenschepen
Artikel 10.10 Generatoren, motoren en transformatoren
Geldend
Geldend vanaf 07-10-2018
- Bronpublicatie:
07-09-2018, Stcrt. 2018, 50756 (uitgifte: 26-09-2018, regelingnummer: IENW/BSK-2018/156621)
- Inwerkingtreding
07-10-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-09-2018, Stcrt. 2018, 50756 (uitgifte: 26-09-2018, regelingnummer: IENW/BSK-2018/156621)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Binnenvaart
1.
Generatoren die worden aangedreven door de hoofdmotor, de schroefas of een voor andere doeleinden bestemd hulpaggregaat, moeten voor de onder bedrijfsomstandigheden optredende toerentalvariaties geschikt zijn.
2.
Transformatoren moeten op goed geventileerde plaatsen of in goed geventileerde ruimten worden geplaatst.
3.
Primaire en secondaire transformatorwikkelingen dienen elektrisch gescheiden van elkaar uitgevoerd zijn. Dit geldt niet voor starttransformatoren.
4.
Voor de instelling van de secundaire spanning van transformatoren moeten de dienovereenkomstige aftakkingen van de nominale spanning worden voorzien. Dit geldt niet voor starttransformatoren.
5.
Motoren, generatoren en transformatoren moeten door de fabrikant worden voorzien van een kentekening die afgezien van de firmanaam van de fabrikant, het serienummer van het apparaat en het vermogen tevens de belangrijkste nominale kengegevens moet vermelden.