Einde inhoudsopgave
Wet inkomstenbelasting 2001
Artikel 3.46 Uitgesloten verplichtingen voor investeringsaftrek
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2001
- Bronpublicatie:
14-12-2000, Stb. 2000, 570 (uitgifte: 01-01-2000, kamerstukken: 27466)
11-05-2000, Stb. 2000, 215 (uitgifte: 30-05-2000, kamerstukken: 26727)
- Inwerkingtreding
01-01-2001
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-12-2000, Stb. 2000, 570 (uitgifte: 01-01-2000, kamerstukken: 27466)
11-05-2000, Stb. 2000, 216 (uitgifte: 01-01-2000, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Vennootschapsbelasting / Winstbepaling
Inkomstenbelasting / Winst
1
Voor de investeringsaftrek worden niet in aanmerking genomen verplichtingen aangegaan tussen:
- a.
de belastingplichtige en personen die tot zijn huishouden behoren;
- b.
bloed- of aanverwanten in de rechte lijn of personen die behoren tot hun huishouden;
- c.
gerechtigden tot een nalatenschap waartoe het bedrijfsmiddel behoort of
- d.
degene die voor ten minste een derde gedeelte belang heeft in een lichaam en dat lichaam.
2.
Onze Minister kan bepalen dat het eerste lid niet van toepassing is.