Einde inhoudsopgave
Wet inkomstenbelasting 2001
Artikel 3.29a Waardering van een belang in een vrijgestelde beleggingsinstelling
Geldend
Geldend van 01-01-2016 tot 01-01-2025. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 22-07-2013
- Bronpublicatie:
25-11-2015, Stb. 2015, 455 (uitgifte: 02-12-2015, kamerstukken: 34220)
- Inwerkingtreding
01-01-2016, terugwerkend tot: 22-07-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-11-2015, Stb. 2015, 455 (uitgifte: 02-12-2015, kamerstukken: 34220)
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Inkomen uit werk en woning (box 1) - niet-winst
Vennootschapsbelasting / Winstbepaling
Inkomstenbelasting / Winst
Vennootschapsbelasting / Beleggingsinstelling
1
Een belang in een lichaam dat ingevolge artikel 6a van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 is vrijgesteld van de heffing van vennootschapsbelasting, wordt gewaardeerd op de waarde in het economische verkeer. De eerste volzin is van overeenkomstige toepassing op een belang in een niet in Nederland gevestigde beleggingsinstelling of instelling voor collectieve belegging in effecten, die belegt in financiële instrumenten als bedoeld in artikel 6a, vierde lid, van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969, die niet is onderworpen aan een belastingheffing naar de winst en niet verplicht is om jaarlijks de winst aan de aandeelhouders ter beschikking te stellen, om voor de vrijstelling van de belastingheffing naar de winst in aanmerking te komen.
2
Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing met betrekking tot een belang in een lichaam indien de bezittingen van dat lichaam in enigszins belangrijke mate bestaan uit een belang in een lichaam als bedoeld in het eerste lid.