Einde inhoudsopgave
Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/692 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 wat betreft regels voor de binnenkomst in de Unie en het na binnenkomst verplaatsen van en werken met zendingen van bepaalde dieren, levende producten en producten van dierlijke oorsprong
Artikel 15 Afwijking voor de overlading van andere landdieren dan paardachtigen in niet in de lijst opgenomen derde landen of gebieden in het geval van een technisch probleem of een ander onvoorzien incident
Geldend
Geldend vanaf 04-06-2020
- Bronpublicatie:
30-01-2020, PbEU 2020, L 174 (uitgifte: 03-06-2020, regelingnummer: 2020/692)
- Inwerkingtreding
04-06-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-01-2020, PbEU 2020, L 174 (uitgifte: 03-06-2020, regelingnummer: 2020/692)
- Vakgebied(en)
Dierenrecht / Bijzondere onderwerpen
Gezondheidsrecht / Bijzondere onderwerpen
Gezondheidsrecht / Voedsel- en warenkwaliteit
Dierenrecht / Veehouderij
Dierenrecht / Dierenwelzijn
1.
In afwijking van artikel 14, lid 2, staat de bevoegde autoriteit de binnenkomst in de Unie toe van zendingen van andere landdieren dan paardachtigen die van het oorspronkelijke vervoermiddel van verzending zijn overgeladen op een ander vervoermiddel om verder te worden vervoerd in een derde land of gebied, of zone daarvan, dat/die niet een in de lijst opgenomen derde land of gebied, of zone daarvan, is voor binnenkomst in de Unie van de specifieke soort en categorie dieren, uitsluitend wanneer die overlading heeft plaatsgevonden omdat zich een technisch probleem heeft voorgedaan, of een ander onvoorzien incident dat logistieke problemen heeft veroorzaakt tijdens het vervoer van de dieren naar de Unie over zee of door de lucht, teneinde het vervoer naar de plaats van binnenkomst in de Unie te kunnen voltooien, mits:
- a)
de binnenkomst in de Unie van de zending dieren is toegestaan door de bevoegde autoriteit van de lidstaat van bestemming en, in voorkomend geval, door de lidstaten van doorgang tot de aankomst van de dieren op de plaats van bestemming in de Unie;
- b)
de overlading onder toezicht stond van een officiële dierenarts in het derde land of gebied gedurende de hele verrichting, om te waarborgen dat:
- i)
doeltreffende beschermingsmaatregelen tegen vectoren van relevante dierziekten zijn ingesteld;
- ii)
doeltreffende maatregelen zijn genomen ter voorkoming van direct en indirect contact tussen de voor binnenkomst in de Unie bestemde dieren en alle andere dieren;
- iii)
in het vervoermiddel voor verder vervoer naar de Unie geen voeder, water of strooisel is geplaatst dat afkomstig is uit een derde land of gebied, of een zone daarvan, dat/die niet een in de lijst opgenomen derde land of gebied, of zone daarvan, is voor binnenkomst in de Unie van de specifieke soort en categorie dieren;
- iv)
de dieren van de zending rechtstreeks en zo snel mogelijk naar een schip of een luchtvaartuig dat aan de voorschriften van artikel 17 voldoet, zijn overgebracht om verder naar de Unie te worden vervoerd, zonder daarbij buiten de afperking van de haven of luchthaven te zijn gekomen;
- c)
de zending van de dieren vergezeld gaat van een verklaring van de bevoegde autoriteit van het derde land of gebied waar de overbrenging heeft plaatsgevonden, die informatie over de overbrenging bevat en waarin wordt bevestigd dat de nodige maatregelen zijn genomen om te voldoen aan de onder b) genoemde voorschriften.
2.
De in lid 1 bedoelde afwijking geldt niet voor zendingen honingbijen en hommels.