Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsverordening (EU) nr. 404/2011 houdende bepalingen voor de uitvoering van Verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad tot vaststelling van een communautaire controleregeling die de naleving van de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid moet garanderen
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 20-11-2015
- Bronpublicatie:
28-10-2015, PbEU 2015, L 287 (uitgifte: 31-10-2015, regelingnummer: 2015/1962)
- Inwerkingtreding
20-11-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-10-2015, PbEU 2015, L 287 (uitgifte: 31-10-2015, regelingnummer: 2015/1962)
- Vakgebied(en)
Agrarisch recht (V)
Uitvoeringsverordening van de Commissie van 8 april 2011, houdende bepalingen voor de uitvoering van Verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad tot vaststelling van een communautaire controleregeling die de naleving van de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid moet garanderen
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien Verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad van 20 november 2009 tot vaststelling van een communautaire controleregeling die de naleving van de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid moet garanderen, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 847/96, (EG) nr. 2371/2002, (EG) nr. 811/2004, (EG) nr. 768/2005, (EG) nr. 2115/2005, (EG) nr. 2166/2005, (EG) nr. 388/2006, (EG) nr. 509/2007, (EG) nr. 676/2007, (EG) nr. 1098/2007, (EG) nr. 1300/2008, (EG) nr. 1342/2008 en tot intrekking van Verordeningen (EEG) nr. 2847/93, (EG) nr. 1627/94 en (EG) nr. 1966/2006(1), en met name artikel 6, lid 5, artikel 7, lid 5, artikel 8, lid 1, artikel 9, lid 5, artikel 14, lid 10, artikel 15, lid 9, artikel 16, lid 2, artikel 21, lid 7, artikel 22, lid 7, artikel 23, lid 5, artikel 24, lid 8, artikel 25, lid 2, artikel 32, artikel 37, lid 4, artikel 40, lid 6, artikel 55, lid 5, artikel 58, lid 9, artikel 60, lid 7, artikel 61, artikel 64, lid 2, artikel 72, lid 5, artikel 73, lid 9, artikel 74, lid 6, artikel 75, lid 2, artikel 76, lid 4, artikel 78, lid 2, artikel 79, lid 7, artikel 92, lid 5, artikel 103, lid 8, artikel 105, lid 6, artikel 106, lid 4, artikel 107, lid 4, artikel 111, lid 3, artikel 116, lid 6, artikel 117, lid 4, en artikel 118, lid 5,
Overwegende hetgeen volgt:
- (1)
Krachtens Verordening (EG) nr. 1224/2009 (hierna ‘de controleverordening’ genoemd) moeten bepalingen en maatregelen worden vastgesteld om een aantal in die verordening opgenomen bepalingen ten uitvoer te leggen.
- (2)
Met het oog op een coherente toepassing van die uitvoeringsbepalingen moeten bepaalde begrippen worden omschreven.
- (3)
Krachtens artikel 6, lid 1, van de controleverordening mag een Unievissersvaartuig slechts voor de commerciële exploitatie van levende aquatische hulpbronnen worden gebruikt als het over een geldige visvergunning beschikt. In artikel 7, lid 1, van de controleverordening is bepaald dat een Unievissersvaartuig slechts gemachtigd is specifieke visserijactiviteiten te verrichten voor zover die in een geldige vismachtiging zijn vermeld. Er dienen gemeenschappelijke voorschriften voor de afgifte en het beheer van dergelijke visvergunningen en vismachtigingen te worden vastgesteld teneinde te garanderen dat de in die documenten opgenomen gegevens aan een gemeenschappelijke norm voldoen.
- (4)
Krachtens artikel 8, lid 1, van de controleverordening moeten kapiteins van vissersvaartuigen de voorwaarden en beperkingen betreffende de markering en identificatie van vissersvaartuigen en het aan boord gehouden vistuig naleven. Deze voorwaarden en beperkingen gelden voor de Uniewateren en moeten derhalve op EU-niveau worden vastgesteld.
- (5)
Krachtens artikel 9, lid 1, van de controleverordening passen de lidstaten een satellietvolgsysteem voor vaartuigen toe om doeltreffend toezicht te houden op de visserijactiviteiten van hun vissersvaartuigen, ongeacht waar deze vaartuigen zich bevinden, en op de visserijactiviteiten in de wateren van de lidstaten. Op EU-niveau moeten gemeenschappelijke specificaties voor een dergelijk systeem worden vastgesteld. Deze specificaties dienen met name betrekking te hebben op de kenmerken van de satellietvolgapparatuur, de transmissie van positiegegevens en de werkwijze in het geval van defecte of anderszins niet-functionerende satellietvolgapparatuur.
- (6)
Krachtens artikel 14, lid 1, van de controleverordening moeten kapiteins van Unievissersvaartuigen met een lengte over alles van 10 m of meer een visserijlogboek van hun activiteiten bijhouden. Vastgesteld dient te worden welke gegevens in het visserijlogboek moeten worden geregistreerd, en in welk formaat.
- (7)
Krachtens artikel 14, lid 7, van de controleverordening moeten kapiteins van Unievissersvaartuigen voor de omrekening van opgeslagen of verwerkt visgewicht naar levend visgewicht omrekeningsfactoren toepassen die op EU-niveau zijn vastgesteld. Deze omrekeningsfactoren moeten bijgevolg worden vastgesteld.
- (8)
Krachtens artikel 15, lid 1, van de controleverordening moeten kapiteins van Unievissersvaartuigen met een lengte over alles van 12 m of meer de logboekgegevens elektronisch registreren. De voorschriften voor het elektronisch invullen en doorgeven van deze gegevens, alsmede het formaat ervan, dienen te worden vastgesteld.
- (9)
Krachtens artikel 21, lid 1, en artikel 23, lid 1, van de controleverordening moeten kapiteins van Unievissersvaartuigen met een lengte over alles van 10 m of meer aangiften van overlading en van aanlanding invullen en overleggen. Vastgesteld moet worden welke gegevens in deze aangiften moeten worden vermeld en hoe de aangiften moeten worden overgelegd.
- (10)
Krachtens artikel 22, lid 1, en artikel 24, lid 1, van de controleverordening moeten de aangiften van overlading en van aanlanding elektronisch worden ingevuld en elektronisch worden doorgegeven. De voorschriften voor het elektronisch invullen en elektronisch doorgeven van deze gegevens, alsmede het formaat ervan, dienen te worden vastgesteld.
- (11)
Krachtens artikel 16, lid 1, en artikel 25, lid 1, van de controleverordening moet elke lidstaat steekproefsgewijs toezicht houden op de activiteiten van vissersvaartuigen waarop geen voorschriften inzake het visserijlogboek en de aangiften van aanlanding van toepassing zijn. Om te garanderen dat deze steekproeven aan gemeenschappelijke normen voldoen, moeten op EU-niveau uitvoeringsbepalingen in dit verband worden vastgesteld.
- (12)
Krachtens artikel 37 van de controleverordening moet de Commissie corrigerende maatregelen nemen wanneer zij de visserij heeft verboden omdat de vangstmogelijkheden waarover een lidstaat, een groep lidstaten of de Europese Unie beschikt, zouden zijn opgebruikt, maar duidelijk wordt dat een lidstaat zijn vangstmogelijkheden in feite niet heeft opgebruikt. Met het oog op de herverdeling van deze vangstmogelijkheden moeten adequate voorschriften worden vastgesteld waarin rekening wordt gehouden met het al dan niet beschikbaar zijn van een totaal toegestane vangst (TAC) voor de EU of met de onmogelijkheid van herverdeling als gevolg van de jaarlijkse vaststelling van de vangstmogelijkheden.
- (13)
De in de artikelen 39, 40 en 41 van de controleverordening opgenomen voorschriften moeten ervoor zorgen dat het vermogen van de motor van de vissersvaartuigen een bepaald vermogen niet te boven gaat. Er moeten technische voorschriften voor de hiertoe vereiste certificering en verificatie worden vastgesteld.
- (14)
Krachtens artikel 55 van de controleverordening moeten de lidstaten erop toezien dat de recreatievisserij plaatsvindt op een wijze die strookt met de doelstellingen van het gemeenschappelijk visserijbeleid. Voor bestanden waarvoor een herstelplan geldt, moeten de lidstaten vangstgegevens uit de recreatievisserij verzamelen. Wanneer blijkt dat de recreatievisserij een beduidende impact heeft op de hulpbronnen, kan de Raad besluiten specifieke beheersmaatregelen te nemen. Er moeten voorschriften voor het opstellen van steekproefplannen worden vastgesteld om de lidstaten in staat te stellen toezicht te houden op vangsten van onder herstelplannen vallende bestanden die door recreatievisserijvaartuigen worden gedaan in wateren die onder de soevereiniteit of de jurisdictie van de lidstaten vallen.
- (15)
Met het oog op de vaststelling van een omvattende controleregeling is het noodzakelijk de hele productie- en afzetketen erin op te nemen. Artikel 58 van de controleverordening voorziet in een coherent traceerbaarheidssysteem dat moet garanderen dat alle partijen visserij- en aquacultuurproducten in alle stadia van de productie, de verwerking en de distributie traceerbaar zijn, vanaf de vangst of de oogst tot en met de detailhandel. Er moeten gemeenschappelijke voorschriften voor de procedures ter identificatie van het betrokken product worden vastgesteld.
- (16)
Krachtens artikel 60 van de controleverordening moeten alle visserijproducten worden gewogen op door de bevoegde autoriteiten goedgekeurde systemen, tenzij de lidstaat een door de Commissie goedgekeurd steekproefplan heeft aangenomen. Er moeten in alle lidstaten uniform toe te passen voorschriften worden vastgesteld voor het wegen van verse en bevroren visserijproducten, van overgeladen visserijproducten en van visserijproducten die vanaf de plaats van aanlanding zijn vervoerd.
- (17)
Krachtens artikel 61 van de controleverordening mogen visserijproducten na vervoer binnen dezelfde lidstaat of tussen twee lidstaten worden gewogen, mits door de betrokken lidstaat/lidstaten een door de Commissie goedgekeurd controleplan, respectievelijk gemeenschappelijk controleplan is vastgesteld dat is gestoeld op de risicogebaseerde methode die de Commissie heeft aangenomen. Deze risicogebaseerde methode moet worden omschreven.
- (18)
De visserij op haring, makreel en horsmakreel heeft bepaalde specifieke kenmerken. Daarom dienen met betrekking tot weging en aanverwante elementen specifieke voorschriften te worden vastgesteld waarin rekening wordt gehouden met deze specifieke kenmerken.
- (19)
Krachtens artikel 64 van de controleverordening moeten uitvoeringsbepalingen inzake de inhoud van de verkoopdocumenten worden vastgesteld. Deze bepalingen dienen in de onderhavige verordening te worden opgenomen.
- (20)
Krachtens de artikelen 71 en 72 van de controleverordening dienen de lidstaten te zorgen voor bewaking in de Uniewateren en dienen zij de nodige maatregelen te nemen wanneer een waarneming niet overeenstemt met de informatie waarover zij beschikken. Er moeten gemeenschappelijke voorschriften worden vastgesteld inzake de inhoud en de doorgifte van de bewakingsverslagen.
- (21)
Artikel 73 van de controleverordening biedt de Raad de mogelijkheid regelingen inzake met controle belaste waarnemers vast te stellen en bevat bovendien een algemene beschrijving van het profiel van deze waarnemers en van de taken die zij aan boord van vissersvaartuigen moeten uitvoeren. De taken en de inzetmodaliteiten voor deze met controle belaste waarnemers moeten nader worden omschreven.
- (22)
Krachtens titel VII, hoofdstuk I, van de controleverordening moeten voorschriften voor de uitvoering van inspecties worden vastgesteld teneinde een gestandaardiseerde aanpak van de door de lidstaten verrichte controleactiviteiten te stimuleren. Er dient te worden vastgesteld welke voorschriften gelden voor het gedrag van de met de inspecties belaste functionarissen, en welke verplichtingen de lidstaten in acht moeten nemen ten aanzien van het gedrag van hun, tot de uitvoering van dergelijke inspecties gemachtigde functionarissen. Tevens moet worden verduidelijkt welke taken de marktdeelnemers tijdens de inspectie dienen te vervullen. Bovendien moeten gemeenschappelijke beginselen worden vastgesteld voor inspectieprocedures op zee, in de havens, tijdens het transport en op de markt, en voor het opstellen en doorgeven van de inspectieverslagen.
- (23)
Krachtens artikel 79 van de controleverordening mogen inspecteurs van de Unie inspecties uitvoeren in de Uniewateren en op Unievissersvaartuigen buiten de Uniewateren. Er dienen voorschiften[lees: voorschriften] te worden opgesteld voor de benoeming, taken en verplichtingen van de EU-inspecteurs, en voor de follow-up van de door hen opgestelde verslagen.
- (24)
Artikel 92 van de controleverordening voorziet in de vaststelling van een puntensysteem voor ernstige inbreuken, dat tot doel heeft de naleving van de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid en een gelijk speelveld in alle Uniewateren te garanderen. Hiertoe moeten op EU-niveau gemeenschappelijke voorschriften voor de toepassing van een dergelijk puntensysteem worden vastgesteld, met inbegrip van een lijst van punten die voor elke ernstige inbreuk moeten worden toegekend.
- (25)
Krachtens artikel 5, lid 6, en artikel 103 van de controleverordening mag slechts financiële bijstand uit hoofde van Verordening (EG) nr. 1198/2006 van de Raad van 27 juli 2006 inzake het Europees Visserijfonds(2) en Verordening (EG) nr. 861/2006 van de Raad van 22 mei 2006 houdende communautaire financieringsmaatregelen voor de tenuitvoerlegging van het gemeenschappelijk visserijbeleid en op het gebied van het zeerecht(3) worden verleend, indien de lidstaten hun verplichtingen op het gebied van instandhouding en controle van de visserij nakomen, en kan de Commissie deze financiële bijstand onder bepaalde omstandigheden schorsen of intrekken. Er dienen voorschriften voor de toepassing van dergelijke maatregelen te worden vastgesteld.
- (26)
Krachtens artikel 107 van de controleverordening kan de Commissie quota verlagen wanneer een lidstaat niet voldoet aan de regels inzake bestanden die onder een meerjarenplan vallen en daardoor de instandhouding van deze bestanden ernstig in gevaar kan brengen. Er moeten voorschriften voor de orde van grootte van deze verlaging worden vastgesteld, met inachtneming van de aard van de niet-naleving, de omvang van de impact ervan en de ernst van het gevaar voor het betrokken bestand.
- (27)
In titel XII, hoofdstuk I, van de controleverordening zijn voorschriften vastgesteld voor de behandeling van voor de toepassing van die verordening geregistreerde gegevens, waaronder de aan de lidstaten opgelegde verplichting om een geautomatiseerd gegevensbestand en een valideringssysteem op te zetten, en de bepalingen voor toegang tot en uitwisseling van dergelijke gegevens. Er moeten gemeenschappelijke voorschriften worden vastgesteld voor het opstellen van procedures voor de verwerking van deze gegevens en voor de gewaarborgde toegang tot deze gegevens door de Commissie, alsmede gemeenschappelijke voorschriften met betrekking tot de vereisten voor de uitwisseling van deze gegevens.
- (28)
Artikel 110 van de controleverordening betreft de toegang op afstand die de Commissie of de door de Commissie aangewezen instantie heeft tot computerbestanden met gegevens die door de visserijcontrolecentra van de lidstaten zijn geregistreerd. Om deze toegang te garanderen moeten duidelijke regels inzake de in acht te nemen voorwaarden en procedures worden opgesteld.
- (29)
Krachtens de artikelen 114, 115 en 116 van de controleverordening moeten de lidstaten officiële websites installeren. Met het oog op een gelijke toegankelijkheid in alle lidstaten dienen op EU-niveau regels inzake deze websites te worden opgesteld.
- (30)
Krachtens artikel 117 van de controleverordening moet met het oog op de administratieve samenwerking tussen de lidstaten en de Commissie een systeem van wederzijdse bijstand worden ingesteld. Deze administratieve samenwerking is van essentieel belang, wil men garanderen dat het speelveld in de EU gelijk is en dat illegale activiteiten adequaat worden onderzocht en bestraft. Daarom moeten voorschriften worden vastgesteld voor een systematische gegevensuitwisseling, op verzoek of spontaan, en voor de mogelijkheid te verzoeken om handhavingsmaatregelen en administratieve kennisgeving van de zijde van een andere lidstaat.
- (31)
De bescherming van personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de lidstaten valt onder Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens(4). De bescherming van personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de Commissie valt onder Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens(5), in het bijzonder ten aanzien van de vereisten inzake vertrouwelijkheid en beveiliging van de verwerking, de doorgifte van persoonsgegevens uit de nationale systemen van de lidstaten aan de Commissie, de rechtmatige verwerking en de rechten van de betrokkenen op het gebied van informatie en van toegang tot en rectificatie van hun persoonsgegevens.
- (32)
Om de tenuitvoerlegging van de visserijcontroleregeling te vergemakkelijken, moeten de uitvoeringsbepalingen in één verordening worden gegroepeerd. Bijgevolg dienen de volgende verordeningen van de Commissie te worden ingetrokken:
- —
Verordening (EEG) nr. 2807/83(6) houdende uitvoeringsbepalingen inzake de registratie van gegevens over de visvangst van de lidstaten;
- —
Verordening (EEG) nr. 3561/85(7) inzake de gegevens die moeten worden verstrekt over de door de nationale controle-instanties uitgevoerde inspecties van de visserijactiviteiten;
- —
Verordening (EEG) nr. 493/87(8) tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor het compenseren van nadeel dat wordt veroorzaakt wanneer bepaalde visserijen worden stopgezet;
- —
Verordening (EEG) nr. 1381/87(9) inzake uitvoeringsbepalingen met betrekking tot kentekens voor vissersvaartuigen en met betrekking tot documenten aan boord van die vaartuigen,
- —
Verordening (EEG) nr. 1382/87(10) tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor de inspectie van vissersvaartuigen;
- —
Verordening (EG) nr. 2943/95(11) houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1627/94 van de Raad tot vaststelling van algemene bepalingen inzake speciale visdocumenten;
- —
Verordening (EG) nr. 1449/98(12) houdende bepalingen voor de uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2847/93 van de Raad ten aanzien van de visserijinspanningsrapporten;
- —
Verordening (EG) nr. 356/2005(13) houdende uitvoeringsbepalingen voor het merken en identificeren van passief vistuig en boomkorren;
- —
Verordening (EG) nr. 2244/2003(14) tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen inzake satellietvolgsystemen (VMS);
- —
Verordening (EG) nr. 1281/2005(15) betreffende het beheer van de visvergunningen en de minimuminformatie welke deze moeten bevatten;
- —
Verordening (EG) nr. 1042/2006(16) houdende vaststelling van bepalingen ter uitvoering van artikel 28, leden 3 en 4, van Verordening (EG) nr. 2371/2002 van de Raad inzake de instandhouding en de duurzame exploitatie van de visbestanden in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid;
- —
Verordening (EG) nr. 1542/2007(17) betreffende aanvoer- en weegprocedures voor haring, makreel en horsmakreel;
- —
Verordening (EG) nr. 1077/2008(18) tot vaststelling van toepassingsbepalingen voor Verordening (EG) nr. 1966/2006 van de Raad betreffende de elektronische registratie en melding van visserijactiviteiten en een systeem voor teledetectie en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1566/2007 en
- —
Verordening (EG) nr. 409/2009(19) tot vaststelling van communautaire omrekeningsfactoren en codes van aanbiedingsvormen voor de omzetting van verwerkt gewicht aan vis in levend gewicht aan vis, en tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2807/83 van de Commissie.
- (33)
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor de visserij en de aquacultuur,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Voetnoten
PB L 343 van 22.12.2009, blz. 1.
PB L 223 van 15.8.2006, blz. 1.
PB L 160 van 14.6.2006, blz. 1.
PB L 281 van 23.11.1995, blz. 31.
PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1.
PB L 276 van 10.10.1983, blz. 1.
PB L 339 van 18.12.1985, blz. 29.
PB L 50 van 19.2.1987, blz. 13.
PB L 132 van 21.5.1987, blz. 9.
PB L 132 van 21.5.1987, blz. 11.
PB L 308 van 21.12.1995, blz. 15.
PB L 192 van 8.7.1998, blz. 4.
PB L 56 van 2.3.2005, blz. 8.
PB L 333 van 20.12.2003, blz. 17.
PB L 203 van 4.8.2005, blz. 3.
PB L 187 van 8.7.2006, blz. 14.
PB L 337 van 21.12.2007, blz. 56.
PB L 295 van 4.11.2008, blz. 3.
PB L 123 van 19.5.2009, blz. 78.