RvdW 2022/710
Prejudiciële verwijzing. Luchtvervoer. Verordening (EG) nr. 261/2004. Gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan passagiers bij annulering of langdurige vertraging van vluchten. Artikelen 2 en 3. Begrippen ‘luchtvaartmaatschappij die de vlucht uitvoert’, ‘bevestigde boeking’ en ‘geplande aankomsttijd’. Artikelen 5, 7 en 8. Vervroeging van de vertrektijd van de vlucht ten opzichte van de oorspronkelijk geplande vertrektijd. Kwalificatie. Verlaging van het bedrag van de compensatie. Aanbod voor een alternatief reisplan. Artikel 14. Verplichting om de passagiers over hun rechten te informeren. Omvang.
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Unie
- Datum
21 december 2021
- Magistraten
L. Bay Larsen, J.-C. Bonichot, M. Safjan
- Zaaknummer
C-146/20
- Conclusie
A-G P. Pikamäe
- Roepnaam
Corendon Airlines
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Luchtvervoer
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2021:1038, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 21‑12‑2021
ECLI:EU:C:2021:765, Conclusie, Hof van Justitie van de Europese Unie, 23‑09‑2021
- Wetingang
Essentie
AD,BE en CF tegen Corendon Airlines (C‑146/20), JG, LH, MI en NJ tegen OP, handelend als curator van Azurair GmbH (C-188/20), Eurowings GmbH tegen flightright GmbH (C‑196/20), en AG, MG en HG tegen Austrian Airlines AG (C‑270/20).
Verzoeken om een prejudiciële beslissing waarvan één ingediend door het Landesgericht Korneuburg (rechter in tweede aanleg Korneuburg, Oostenrijk) bij beslissing van 16 juni 2020 (C‑270/20), en drie ingediend door het Landgericht Düsseldorf (rechter in tweede aanleg Düsseldorf, Duitsland) bij beslissingen van 17 februari 2020 (C‑146/20) en 6 april 2020 (C‑188/20 en C‑196/20).
Prejudiciële verwijzing. Luchtvervoer. Verordening (EG) nr. 261/2004. ...