Einde inhoudsopgave
RvdW 2013/976
Gebruik verklaring onbekend gebleven persoon niet gemotiveerd. Levensgezel in de zin van art. 304 Sr.
HR 02-07-2013, ECLI:NL:HR:2013:104
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
2 juli 2013
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, J. de Hullu, V. van den Brink
- Zaaknummer
11/03505
- Conclusie
A-G mr. A.J.M. Machielse
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2013:104, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 02‑07‑2013
ECLI:NL:PHR:2013:64, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 19‑02‑2013
Essentie
Gebruik verklaring onbekend gebleven persoon niet gemotiveerd. Levensgezel in de zin van art. 304 Sr.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam, zitting houdende te Arnhem van 15 april 2011, nummer 21/003735-09, in de strafzaak tegen: [Verdachte]. Adv. mr. G. Spong, te Amsterdam.
Conclusie
Conclusie A-G mr. A.J.M. Machielse:
1.
Het gerechtshof te Amsterdam, nevenzittingsplaats Arnhem, heeft verdachte op 15 april 2011 ter zake van 1. subsidiair en 2. subsidiair telkens ‘mishandeling, begaan tegen zijn levensgezel’ veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van vijf maanden ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.