Einde inhoudsopgave
RvdW 2013/991
Gerechtelijke procedure inzake boeten wegens schending van art. 101 VWEU — Derde ondernemingen die schadevordering willen indienen. Nationale regeling die inzage in dossier afhankelijk stelt van toestemming van alle partijen bij geding.
HvJ EU 12-07-2013, C-536/11 (Uitspraak) (Bundeswettbewerbsbehörde/Donau Chemie)
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Unie
- Datum
12 juli 2013
- Magistraten
A. Tizzano, M. Ilešič, E. Levits, M. Safjan, M. Berger
- Zaaknummer
C-536/11
- Conclusie
A-G N. Jääskinen
- Roepnaam
Bundeswettbewerbsbehörde/Donau Chemie
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
EU-recht / Rechtsbescherming
Mededingingsrecht / EU-mededingingsrecht
- Brondocumenten
Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 12‑07‑2013
- Wetingang
Art. 101 VWEU. Het doeltreffendheidsbeginsel en het gelijkwaardigheidsbeginsel voor schadevorderingen wegens schending van het mededingingsrecht van de Unie
Essentie
Bundeswettbewerbsbehörde tegen Donau Chemie AG e.a.
Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door het Oberlandesgericht Wien bij beslissing van 12 oktober 2011.
Gerechtelijke procedure inzake boeten wegens schending van art. 101 VWEU — Derde ondernemingen die schadevordering willen indienen. Nationale regeling die inzage in dossier afhankelijk stelt van toestemming van alle partijen bij geding.
Het Unierecht, inzonderheid het doeltreffendheidsbeginsel, verzet zich tegen een bepaling van nationaal recht op grond waarvan inzage in de stukken van het dossier van een nationale procedure over de toepassing van art. 101 VWEU, waaronder de stukken die zijn overgelegd ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.