Einde inhoudsopgave
Voorontwerp Insolventiewet
Artikel 3.6.6 Afkoelingsperiode en verdachte periode
Geldend
Geldend vanaf 01-11-2007
- Bronpublicatie:
01-11-2007, Internet 2007, www.justitie.nl (uitgifte: 01-11-2007, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-11-2007
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
01-11-2007, Internet 2007, www.justitie.nl (uitgifte: 01-11-2007, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Insolventierecht / Algemeen
1.
Tijdens de afkoelingsperiode is de bewindvoerder bevoegd tot opeising van aan de schuldenaar toebehorende verpande zaken die binnen één maand voor het verzoek tot insolventverklaring in de macht van de pandhouder of een derde zijn gebracht.
2.
Rechten, door derden te goeder trouw anders dan om niet op de af te geven zaken verkregen, worden geëerbiedigd.
3.
Het eerste en tweede lid zijn van overeenkomstige toepassing op zaken die de schuldenaar onder eigendomsvoorbehoud heeft verkregen en die binnen één maand voor het verzoek tot insolventverklaring in de macht van de eigenaar of een derde zijn gebracht.