Einde inhoudsopgave
RvdW 2019/348
EEB-Verordening. Ontbreken vertaling van verzoek om Europees betalingsbevel en van mededeling van recht om de ontvangst te weigeren; rechten verweerder; regularisatie overeenkomstig de bepalingen van de Betekeningsverordening II; termijn verzoek om heroverweging.
HvJ EU 06-09-2018, ECLI:EU:C:2018:675 (Catlin Europe)
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Unie
- Datum
6 september 2018
- Magistraten
J.L. da Cruz Vilaça, E. Levits, A. Borg Barthet, M. Berger, F. Biltgen
- Zaaknummer
C-21/17
- Conclusie
A-G M. Wathelet
- Roepnaam
Catlin Europe
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Internationaal privaatrecht / Internationaal erkennings- en executierecht
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2018:675, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 06‑09‑2018
ECLI:EU:C:2018:341, Conclusie, Hof van Justitie van de Europese Unie (Advocaat-Generaal), 29‑05‑2018
- Wetingang
EBB-Verordening; art. 8 EBETVo II
Essentie
Catlin Europe SE tegen O.K. Trans Praha spol. s.r.o.
Verzoek om een prejudiciële beslissing krachtens art. 267 VWEU, ingediend door de Nejvyšši soud (hoogste rechter in burgerlijke en strafzaken, Tsjechië) bij beslissing van 30 november 2016.
EEB-Verordening. Ontbreken vertaling van verzoek om Europees betalingsbevel en van mededeling van recht om de ontvangst te weigeren; rechten verweerder; regularisatie overeenkomstig de bepalingen van de Betekeningsverordening II; termijn verzoek om heroverweging.
De EBB-Verordening en de Betekeningsverordening II moeten aldus worden uitgelegd dat wanneer een Europees betalingsbevel wordt betekend aan of ter kennis gebracht van de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.