Einde inhoudsopgave
RvdW 2019/354
Prejudiciële spoedprocedure. Politiële en justitiële samenwerking in strafzaken. Europees aanhoudingsbevel. Gronden tot weigering van de tenuitvoerlegging. Bevel dat wordt uitgevaardigd door de rechterlijke autoriteiten van een lidstaat die de procedure voor terugtrekking uit de Europese Unie heeft gestart. Onzekerheid over de regeling die na de terugtrekking van toepassing zal zijn op de betrekkingen tussen die lidstaat en de Unie.
HvJ EU 19-09-2018, ECLI:EU:C:2018:733 (R O)
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Unie
- Datum
19 september 2018
- Magistraten
R. Silva de Lapuerta, C.G. Fernlund, A. Arabadjiev, S. Rodin, E. Regan
- Zaaknummer
C-327/18 PPU
- Roepnaam
R O
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Internationaal strafrecht / Justitiële en politionele samenwerking
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2018:733, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 19‑09‑2018
- Wetingang
Essentie
RO.
Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de High Court (rechter in eerste aanleg, Ierland) bij beslissing van 17 mei 2018.
Prejudiciële spoedprocedure. Politiële en justitiële samenwerking in strafzaken. Europees aanhoudingsbevel. Gronden tot weigering van de tenuitvoerlegging. Bevel dat wordt uitgevaardigd door de rechterlijke autoriteiten van een lidstaat die de procedure voor terugtrekking uit de Europese Unie heeft gestart. Onzekerheid over de regeling die na de terugtrekking van toepassing zal zijn op de betrekkingen tussen die lidstaat en de Unie.
Art. 50 VEU dient aldus te worden uitgelegd dat het feit dat een ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.