Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsverordening (EU) nr. 404/2011 houdende bepalingen voor de uitvoering van Verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad tot vaststelling van een communautaire controleregeling die de naleving van de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid moet garanderen
Artikel 61 Certificering van het vermogen van de voortstuwingsmotor
Geldend
Geldend vanaf 07-05-2011
- Bronpublicatie:
08-04-2011, PbEU 2011, L 112 (uitgifte: 30-04-2011, regelingnummer: 404/2011)
- Inwerkingtreding
07-05-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-04-2011, PbEU 2011, L 112 (uitgifte: 30-04-2011, regelingnummer: 404/2011)
- Vakgebied(en)
Agrarisch recht (V)
1.
De in artikel 40, leden 1 en 2, van de controleverordening bedoelde certificering van het maximale continu motorvermogen van een nieuwe voortstuwingsmotor, een ruilvoortstuwingsmotor of een technisch gewijzigde voortstuwingsmotor dient plaats te vinden overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 2930/86 van de Raad(1).
2.
Voor de toepassing van lid 1 wordt een voortstuwingsmotor als technisch gewijzigd beschouwd wanneer één of meer hoofdcomponenten (onderdelen), zoals, onder meer, injectieapparatuur, kleppen, turbocompressoren, zuigers, cilinderwanden, drijfstangen en cilinderkoppen zijn gewijzigd of zijn vervangen door nieuwe onderdelen met andere technische specificaties die tot een wijziging van het motorvermogen leiden, of wanneer aanpassingen aan de motor zijn verricht, onder meer op het gebied van de brandstofinspuitingsinstellingen of de configuratie van de turbocompressoren, of wanneer de klepafstellingen zijn gewijzigd. De aard van de technische wijziging dient in het kader van de in lid 1 bedoelde certificering duidelijk te worden toegelicht.
3.
De houder van een visvergunning stelt de bevoegde autoriteiten ervan in kennis dat een nieuwe voortstuwingsmotor zal worden geïnstalleerd of dat een bestaande voortstuwingsmotor zal worden vervangen of technisch gewijzigd.
4.
Dit artikel is met ingang van 1 januari 2012 van toepassing op vissersvaartuigen waarvoor een visserijinspanningsregeling geldt. Voor andere vissersvaartuigen is het van toepassing vanaf 1 januari 2013. Het is uitsluitend van toepassing op vissersvaartuigen waarin na de inwerkingtreding van deze verordening een nieuwe voortstuwingsmotor is geïnstalleerd of de bestaande voortstuwingsmotor is vervangen of technisch gewijzigd.
Voetnoten
PB L 274 van 25.9.1986, blz. 1.