Einde inhoudsopgave
Besluit omzetting, fusie of taakafsplitsing
8.2.5 Hernieuwd beroep op eenmalige verhoogde vrijstelling na ontbinding eerdere schenking ten behoeve van de eigen woning
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2023
- Bronpublicatie:
13-12-2022, Stcrt. 2022, 32167 (uitgifte: 30-12-2022, regelingnummer: 2022-0000023865)
- Inwerkingtreding
01-01-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-12-2022, Stcrt. 2022, 32167 (uitgifte: 30-12-2022, regelingnummer: 2022-0000023865)
- Vakgebied(en)
Schenk- en erfbelasting / Erfbelasting
Vennootschapsbelasting / Winstbepaling
Schenk- en erfbelasting / Schenkbelasting
Een schenking ten behoeve van een eigen woning kan worden gedaan onder de schriftelijk vastgelegde voorwaarde dat de schenking wordt ontbonden voor zover niet wordt voldaan aan de voorwaarden om voor de eenmalige verhoogde vrijstelling eigen woning in aanmerking te komen (artikel 5, eerste lid, onderdeel a, URSE). In dat geval is sprake van een schenking onder ontbindende voorwaarde.
De schenking wordt door het in vervulling gaan van deze voorwaarde ontbonden als het geschonken bedrag niet tijdig door de begiftigde is besteed ten behoeve van een eigen woning. In dat geval, komt de vraag op of de begiftigde voor een latere schenking door dezelfde schenker een hernieuwd beroep op de eenmalige verhoogde vrijstelling eigen woning (of een andere eenmalige verhoogde vrijstelling voor de schenkbelasting) kan doen. Het in vervulling gaan van de ontbindende voorwaarde heeft immers geen terugwerkende kracht, met als gevolg dat het eerder gedane beroep op de eenmalige verhoogde vrijstelling niet kan worden teruggenomen. Dit gevolg vind ik niet in alle gevallen wenselijk. Daarom keur ik het volgende goed.
Goedkeuring
Ik keur goed dat als een schenking ten behoeve van een eigen woning ongedaan is gemaakt door het in vervulling gaan van een ontbindende voorwaarde, voor een latere schenking door dezelfde schenker opnieuw een beroep kan worden gedaan op toepassing van één van de eenmalige verhoogde vrijstellingen als bedoeld in artikel 33, onderdeel 5° of onderdeel 7°, Successiewet.
Voorwaarden
Voor deze goedkeuring gelden de volgende drie voorwaarden.
- –
Aan de schenking was (uitsluitend) een schriftelijk vastgelegde ontbindende voorwaarde verbonden als bedoeld in artikel 5, eerste lid, onderdeel a, URSE.
- –
De schenking is als gevolg van het in vervulling gaan van de ontbindende voorwaarde geheel ongedaan gemaakt en de begiftigde heeft als gevolg daarvan het geschonken bedrag geheel aan de schenker teruggegeven.
- –
Uiterlijk op 31 mei van het derde kalenderjaar na het kalenderjaar waarin het bedrag is geschonken, bericht de begiftigde de inspecteur schriftelijk dat de schenking is ongedaan gemaakt vanwege het niet voldoen aan de voorwaarden van de vrijstelling (artikel 5, tweede lid, URSE).
Voorbeeld
M heeft in 2018 aan zijn zoon N (33 jaar oud) een bedrag van € 90.000 geschonken ten behoeve van een eigen woning. De zoon bezat op dat moment geen eigen woning. Voorafgaand aan het overmaken van het bedrag zijn vader en zoon schriftelijk overeengekomen dat de schenking vervalt als de zoon het geschonken bedrag niet of niet tijdig heeft besteed aan de aanschaf van een eigen woning. N schaft niet binnen de gestelde termijn van drie kalenderjaren (artikel 5, eerste lid, onderdeel b, URSE) een eigen woning aan, hierdoor voldoet hij niet aan het bestedingsdoel van artikel 33a, eerste lid, onder b, onderdeel 2°, Successiewet zoals dit destijds luidde. Vanwege het in vervulling gaan van de ontbindende voorwaarde wordt de schenking ongedaan gemaakt. De zoon geeft het geschonken bedrag van € 90.000 terug aan zijn vader. Hij heeft de inspecteur in maart 2021 meegedeeld dat hij niet heeft voldaan aan de voorwaarden van de vrijstelling.
Als M in 2023 vervolgens € 25.000 schenkt aan zijn zoon, kan N opnieuw een beroep doen op een eenmalige verhoogde vrijstelling, waarbij het niet noodzakelijk is dat de schenking aan de eigen woning wordt besteed. Hij doet hierbij een beroep op toepassing van de bovenstaande goedkeuring. Hij komt in aanmerking voor toepassing van deze vrijstelling als hij voldoet aan alle dan geldende vereisten voor de eenmalige verhoogde vrijstelling.