Einde inhoudsopgave
RvdW 2010, 459
Aansprakelijkheid bestuurder; maatstaf; persoonlijk ernstig verwijt; schade schuldeiser vennootschap ingeval vordering is versterkt met pandrecht?
HR 26-03-2010, ECLI:NL:HR:2010:BK9654 (Zandvliet/ING)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
26 maart 2010
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, A.M.J. van Buchem-Spapens, A. Hammerstein, W.A.M. van Schendel, C.A. Streefkerk
- Zaaknummer
08/02079
- Conclusie
A-G Timmerman
- LJN
BK9654
- Roepnaam
Zandvliet/ING
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Goederenrecht / Zekerheidsrechten
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BK9654, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 26‑03‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BK9654, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 15‑01‑2010
Beroepschrift, Hoge Raad, 06‑05‑2008
- Wetingang
BW art. 3:246; BW art. 6:162
Essentie
Aansprakelijkheid bestuurder; maatstaf; persoonlijk ernstig verwijt; schade schuldeiser vennootschap ingeval vordering is versterkt met pandrecht?
Door te onderzoeken of de bestuurder persoonlijk een ernstig verwijt valt te maken doordat hij heeft bewerkstelligd dat de vennootschap haar contractuele verplichting tegenover de Bank tot aflossing van de kredieten niet nakwam, terwijl hij wist dat de vennootschap niet over andere inkomstenbronnen beschikte en hem duidelijk was of behoorde te zijn dat de vennootschap geen verhaal zou bieden, heeft het hof de maatstaf voor persoonlijke aansprakelijkheid van een bestuurder niet miskend. Bij zijn oordeel dat een zodanig ernstig verwijt op zijn plaats ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.