Einde inhoudsopgave
Verdrag inzake biologische diversiteit
Artikel 29 Wijzigingen op het Verdrag of de protocollen
Geldend
Geldend vanaf 29-12-1993
- Bronpublicatie:
05-06-1992, Trb. 1993, 54 (uitgifte: 01-04-1993, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
29-12-1993
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-08-1994, Trb. 1994, 169 (uitgifte: 01-01-1994, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Natuurbeschermingsrecht / Algemeen
Milieurecht / Bijzondere onderwerpen
Internationaal publiekrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Wijzigingen op dit Verdrag kunnen worden voorgesteld door elke Verdragsluitende Partij. Wijzigingen op een protocol kunnen worden voorgesteld door elke Partij bij dat protocol.
2.
Wijzigingen op dit Verdrag worden aangenomen op een vergadering van de Conferentie van de Partijen. Wijzigingen op een protocol worden aangenomen op een vergadering van de Partijen bij het desbetreffende protocol. De tekst van een voorgestelde wijziging op dit Verdrag of op een protocol wordt, tenzij in het desbetreffende protocol anders is bepaald, ten minste zes maanden vóór de vergadering waarop zij ter aanneming wordt voorgelegd, door het Secretariaat aan de Partijen bij de desbetreffende akte medegedeeld. Voorgestelde wijzigingen worden door het Secretariaat tevens ter kennisneming toegezonden aan de ondertekenaars van dit Verdrag.
3.
De Partijen stellen alles in het werk om over elke voorgestelde wijziging op dit Verdrag of op een protocol overeenstemming te bereiken door middel van consensus. Indien alle pogingen om tot consensus te komen mislukken en er geen overeenstemming wordt bereikt, wordt de wijziging in laatste instantie aangenomen met een meerderheid van twee derde van de aanwezige Partijen bij de desbetreffende akte die hun stem uitbrengen, en wordt zij door de Depositaris aan de Partijen voorgelegd ter bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring.
4.
De bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring van wijzigingen wordt schriftelijk medegedeeld aan de Depositaris. Overeenkomstig het derde lid aangenomen wijzigingen worden tussen Partijen die deze hebben aanvaard van kracht op de negentigste dag na de nederlegging van de akten van bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring door ten minste twee derde van de Partijen bij dit Verdrag of van de Partijen bij het desbetreffende protocol, tenzij in het desbetreffende protocol anders is bepaald. Daarna worden de wijzigingen voor elke andere Partij van kracht op de negentigste dag nadat die Partij haar akte van bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring van die wijzigingen heeft nedergelegd.
5.
Voor de toepassing van dit artikel wordt onder ‘aanwezige Partijen die hun stem uitbrengen’ verstaan Partijen die aanwezig zijn en voor- of tegenstemmen.