Einde inhoudsopgave
Verordening (EEG) nr. 2137/85 tot instelling van Europese economische samenwerkingsverbanden (EESV)
Artikel 39
Geldend
Geldend vanaf 03-08-1985
- Bronpublicatie:
25-07-1985, PbEG 1985, L 199 (uitgifte: 31-07-1985, regelingnummer: 2137/85)
- Inwerkingtreding
03-08-1985
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-07-1985, PbEG 1985, L 199 (uitgifte: 31-07-1985, regelingnummer: 2137/85)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
De Lid-Staten wijzen het register of de registers aan waar de in de artikelen 6 en 10 bedoelde inschrijving moet geschieden en stellen de regels vast die op deze inschrijving van toepassing zijn. Zij stellen bepalingen vast betreffende de nederlegging van de in de artikelen 7 en 10 bedoelde bescheiden. Zij dragen er zorg voor dat de akten en gegevens bedoeld in artikel 8 worden bekendgemaakt in het daarvoor in aanmerking komende officiële publikatieblad van de Lid-Staat waar het samenwerkingsverband zijn zetel heeft en stellen zo nodig de wijze van openbaarmaking vast van de in artikel 8, sub c), bedoelde akten en gegevens. Voorts dragen de Lid-Staten er zorg voor dat een ieder in het daartoe bestemde register uit hoofde van artikel 6, of, in voorkomend geval, van artikel 10, kennis kan nemen van de in artikel 7 bedoelde bescheiden en hiervan een volledig of gedeeltelijk afschrift kan verkrijgen, eventueel per post.
De Lid-Staten kunnen bepalen dat de kosten in verband met de in de vorige alinea's bedoelde verrichtingen moeten worden betaald, zonder dat deze kosten meer mogen bedragen dan de daaraan verbonden administratieve kosten.
2.
De Lid-Staten dragen er zorg voor dat de gegevens die in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen moeten worden gepubliceerd krachtens artikel 11, aan het Bureau voor officiële publikaties van de Europese Gemeenschappen worden medegedeeld in de maand volgende op de publikatie in het in lid 1 bedoelde officiële publikatieblad.
3.
De Lid-Staten stellen passende sancties vast in geval van niet-naleving van de artikelen 7, 8 en 10 inzake openbaarmaking en van artikel 25.