Einde inhoudsopgave
RvdW 2023/898
Arbeidsrecht (art. 7:611 BW). Pensioenrecht; voorwaardelijke indexatieverplichting in pensioenovereenkomst (art. 13 Pw). Kunnen goed werkgeverschap of redelijkheid en billijkheid meebrengen dat werkgever gehouden is werknemer te compenseren voor verslechtering van kans op indexering (‘indexatieperspectief’)?
HR 22-09-2023, ECLI:NL:HR:2023:1291
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
22 september 2023
- Magistraten
Mrs. H.M. Wattendorff, S.J. Schaafsma, G.C. Makkink
- Zaaknummer
22/01446
- Conclusie
A-G mr. B.J. Drijber
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Verzekeringsrecht / Pensioenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:1291, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 22‑09‑2023
ECLI:NL:PHR:2023:425, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑04‑2023
Essentie
Arbeidsrecht (art. 7:611 BW). Pensioenrecht; voorwaardelijke indexatieverplichting in pensioenovereenkomst (art. 13 Pw). Kunnen goed werkgeverschap of redelijkheid en billijkheid meebrengen dat werkgever gehouden is werknemer te compenseren voor verslechtering van kans op indexering (‘indexatieperspectief’)?
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer 22/01446
Datum 22 september 2023
ARREST
In de zaak van
JOHN CRANE HOLLAND B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
EISERES tot cassatie,
hierna: John Crane,
advocaat: C.S.G. Janssens,
tegen
[verweerder],
wonende te [woonplaats],
VERWEERDER in cassatie,
hierna: [verweerder],
advocaat: A.H.M. van den Steenhoven.