Einde inhoudsopgave
RvdW 2018/806
Profijtontneming. Klacht over motivering eerdere oogst. Hoge Raad: art. 81 lid 1 RO.
HR 26-06-2018, ECLI:NL:HR:2018:1010
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
26 juni 2018
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, E.S.G.N.A.I. van de Griend, M.T. Boerlage
- Zaaknummer
16/04956 P
- Conclusie
A-G mr. D.J.C. Aben
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Opiumwet
Strafprocesrecht / Bijzondere onderwerpen
Materieel strafrecht / Sancties
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:1010, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 26‑06‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:681, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 19‑06‑2018
Essentie
Profijtontneming. Klacht over motivering eerdere oogst. Hoge Raad: art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
26 juni 2018
Strafkamer
nr. S 16/04956 P
ARA/SG
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Arnhem, van 23 september 2016, nummer 21/006277-15, op een vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel ten laste van:
[betrokkene], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1979.
Conclusie
Conclusie A-G mr. D.J.C. Aben:
1. Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Arnhem, heeft bij arrest van 23 september 2016 het wederrechtelijk verkregen voordeel vastgesteld op een ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.