Einde inhoudsopgave
Richtsnoeren inzake regionale steunmaatregelen 2022–2027
5.1.2 Aan te melden individuele investeringssteun
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2022
- Redactionele toelichting
De datum van afkondiging is de datum van het Publicatieblad.
- Bronpublicatie:
29-04-2021, PbEU 2021, C 153 (uitgifte: 29-04-2021, regelingnummer: 2021/C 153/01)
- Inwerkingtreding
01-01-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-04-2021, PbEU 2021, C 153 (uitgifte: 29-04-2021, regelingnummer: 2021/C 153/01)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Marktintegratie
Mededingingsrecht / EU-mededingingsrecht
Staatssteun (V)
50
Om aan te tonen dat aan te melden individuele investeringssteun bijdraagt tot de regionale ontwikkeling, kunnen lidstaten gebruikmaken van een uiteenlopende reeks indicatoren, zoals de onderstaande, die zowel direct kunnen zijn (bv. rechtstreekse banencreatie) als indirect (bv. lokale innovatie):
- 1)
het aantal directe arbeidsplaatsen dat door de investering wordt gecreëerd, is een belangrijke indicator van de bijdrage aan de regionale ontwikkeling en territoriale cohesie. Ook de kwaliteit en het blijvende karakter van de gecreëerde arbeidsplaatsen en de vereiste vaardigheden moeten in aanmerking worden genomen;
- 2)
in het lokale netwerk van (toe)leveranciers kan zelfs een groter aantal nieuwe arbeidsplaatsen worden gecreëerd, hetgeen helpt de investering beter in het betrokken gebied te integreren en zorgt voor bredere overloopeffecten. Het aantal gecreëerde indirecte arbeidsplaatsen is dus ook een indicator die in aanmerking moet worden genomen;
- 3)
een toezegging van de begunstigde van de steun om uitgebreide opleidingsactiviteiten te organiseren ter verbetering van de (algemene en specifieke) vaardigheden van zijn werknemers, zal in aanmerking worden genomen als een factor die bijdraagt tot regionale ontwikkeling en territoriale cohesie. De klemtoon zal voorts worden gelegd op het aanbieden van stages of praktijkstages, met name voor jongeren, en op opleiding waardoor de kennis en de inzetbaarheid van werknemers buiten de onderneming worden vergroot;
- 4)
externe schaalvoordelen of andere voordelen uit oogpunt van regionale ontwikkeling kunnen ontstaan dankzij geografische nabijheid (clustereffect). Door het ontstaan van ondernemingsclusters in dezelfde sector kunnen afzonderlijke bedrijven zich meer specialiseren, hetgeen tot meer efficiëntie leidt. Hoe zwaar deze indicator meeweegt bij het bepalen van de bijdrage aan de regionale ontwikkeling en territoriale cohesie, hangt af van de mate waarin het cluster ontwikkeld is;
- 5)
investeringen houden technische kennis in en kunnen de bron zijn van een aanzienlijke technologieoverdracht (kennisspillover). Investeringen in technologie-intensieve sectoren leiden doorgaans tot overdracht van technologie naar het betrokken gebied. In dit verband zijn ook de omvang en de specifieke aard van de kennisverspreiding van belang;
- 6)
ook de bijdrage van het project tot de mogelijkheden van het gebied om door middel van lokale innovatie nieuwe technologie te creëren, kan in aanmerking worden genomen. Samenwerking met lokale organisaties voor onderzoek en kennisverspreiding, zoals universiteiten en onderzoeksinstellingen, kunnen in dit verband als positief worden beschouwd;
- 7)
de looptijd van de investering en mogelijke toekomstige vervolginvesteringen zijn een aanwijzing voor een duurzame band van een onderneming met het betrokken gebied.
51
De lidstaten kunnen zich baseren op het bedrijfsplan van de begunstigde van de steun, dat informatie kan opleveren over het aantal gecreëerde arbeidsplaatsen, de betaalde lonen (verhoging van de koopkracht van huishoudens als overloopeffect), de volumes van de inkopen bij lokale producenten, en de omzet die door de investering wordt gegenereerd en die het gebied mogelijk ten goede komt door toegenomen belastinginkomsten.
52
Voor aan te melden individuele investeringssteun gelden de in de punten 47 tot en met 49 bepaald vereisten.
53
Voor ad-hocsteun (1) moet de lidstaat niet alleen voldoen aan de voorwaarden in de punten 50 tot en met 52, maar ook aantonen dat het project aansluit bij en bijdraagt aan de ontwikkelingsstrategie van het betrokken gebied.
Voetnoten
Voor ad-hocsteun gelden, tenzij anders vermeld, dezelfde voorwaarden als voor individuele steun die op grond van een regeling wordt verleend.